Chemische formules op een meer dan 2000 jaar oude Chinese tekst zijn een stuk duidelijker geworden. De zes formules voor brons blijken uit vooraf gemaakte legeringen te bestaan in plaats van zuivere metalen, staat in Antiquity.

Mesmunten

Mesmunten

Beeld: The Trustees of the British Museum / CC-BY-SA 4.0

De onderzoekers bestudeerden onder andere deze mesmunten die rond 400 v.Chr. in gebruik waren.

Lange tijd was er wat verwarring onder onderzoekers over twee componenten in de chemische formules voor brons uit de tekst Rites van Zhou uit de late oost Zhou-dynastie (770-221 v.Chr.). Het gaat om Jin (金) en Xi (锡). De gedachte was dat Jin zou staan voor koper, een koperlegering of gewoonweg metaal, en Xi voor tin, maar wat ze precies betekenen bleef onduidelijk. Mark Pollard (Universiteit van Oxford) en Ruiliang Liu (British Museum) uiten hun vermoedens dat Jin en Xi legeringen zijn, die de basis vormden voor het brons.

De tekst staat in het gedeelte dat vrij vertaald Boek van diverse ambachten heet. Het is een administratieve tekst – dus geen wetenschappelijke – waarin bureaucratische posities en andere administratie staan beschreven. Hoofdstuk 5 (Metaalbewerkers) somt de metaalwerkers en edelsmeden op, waar de zes formules op volgen. Een andere onderzoeker (Von Falkenhausen) schreef al eerder dat dit een reden kan zijn dat de tekst wat vaag en niet heel accuraat lijkt te zijn op technisch vlak. Of de samenstellingen van Jin en Xi dus overeenkomen met de geanalyseerde archeologische materialen is dus niet per se de hoofdzaak van de tekst.

Voor hun spreekwoordelijke duit in het onderzoekszakje keken Liu en Pollard naar de samenstelling van munten en objecten uit de tijd van de tekst. De databases laten ook lood zien in de chemische compositie van de bronzen objecten; het zijn dus geen pure tin-koperlegeringen. Daaruit kun je opmaken dat óf Xi niet puur tin is, Jin niet puur koper is óf allebei. Ze vermoeden dat Jin een bronslegering is van 80% koper, 15% tin en 5% lood, en dat Xi een 50/50 koperloodlegering is. In vergelijking met de data lijkt die samenstelling redelijk geloofwaardig, hoewel ze eerlijk genoeg zijn om te zeggen dat dit niet dé precieze composities zijn, maar eerder mogelijke verhoudingen.

Wat ze wel met meer zekerheid durven zeggen is dat het maken van de bronslegeringen dus werd gedaan met vooraf geprepareerde koperlegeringen. Dat de archeologische data niet heel goed overeenkomt met de formules is volgens Von Falkenhausen een gevolg van ‘administratieve fictie’.

Pollard, A.M. & Liu, R. (2022) Antiquity, 1-14. doi:10.15184/aqy.2022.81