Dat vrouwen gemiddeld ouder worden dan mannen heeft te maken met mutaties in het mitochondriale DNA. Dat vermoeden althans Damian Dowling en Florencia Camus (Monash University, VS) na vergelijkend onderzoek van dat DNA in fruitvliegjes.

Zoals bekend zijn die mitochondriën de ‘energiecentrales’ van de cel. Ooit zijn het zelfstandige bacteriën geweest die in symbiose met die cellen leefden. Ze hebben nog steeds hun eigen DNA dat niets met het erfelijk materiaal van de drager te maken heeft.

In Current Biology valt nu te lezen dat je de levensverwachting van mannelijke fruitvliegjes vrij nauwkeurig kunt voorspellen aan de hand van mutaties van het DNA in hun mitochondriën. Bij vrouwelijke fruitvliegjes blijkt zo’n voorspelling echter totaal onmogelijk.

Een verklaring voor dat fenomeen hebben de auteurs ook. Mitochondriën worden alleen door de moeder doorgegeven aan het nageslacht, als toegift bij hun eicellen. In zaadcellen zitten ze niet. Wat mitochondriën betreft werkt Darwins natuurlijke selectie dus alleen in de vrouwelijke lijn. Mutaties in het mitochondriale DNA waar alleen de mannelijke dragers last van hebben en de vrouwtjes niet, blijven in principe gewoon voortwoekeren.

Het gevolg is dat zulke man-onvriendelijke mutaties zich in de mitochondriën kunnen ophopen, en zorgen dat de mannetjes steeds minder oud worden. In principe kan dat proces doorgaan totdat de mannetjes zo zijn verzwakt dat ze niet meer tot bevruchten in staat zijn en de hele soort uitsterft.

En aangezien zowat alle dierlijke cellen mitochondriën bevatten, zou het bij mensen ook zo moeten werken.

Wat dat mitochondriale DNA nu precies voor man-specifieke invloed kan hebben, moet intussen nog helemaal worden uitgezocht.

bron: Monash University

Onderwerpen