Afvangen van vrije radicalen is de reden niet

Vitamine C en andere antioxidanten kunnen inderdaad de groei van bepaalde tumoren vertragen. Alleen heeft het niets met het afvangen van vrije radicalen te maken, zo schrijft Chi Dang (Johns Hopkins University, Baltimore) in het tijdschrift Cancer Cell.

Uit experimenten met transgene muizen concludeert Dang dat vitamine C en N-acetylcysteïne de aanmaak van de zogeheten hypoxia-inducible factor 1 (HIF-1) verhinderen. Deze transcriptiefactor bevordert onder meer de groei van bloedvaten in tumoren.

De antioxidanten hebben dan ook alleen effect bij tumoren die voor hun groei afhankelijk van HIF-1 zijn: Dang heeft het geprobeerd met prostaatkanker en lymfoma, en hij vermoedt dat het met darm- en baarmoederhalskanker ook moet lukken.

Dat vitamine C ‘iets’ doet tegen kanker wordt al zeker dertig jaar vermoed, al is het wetenschappelijk nooit keihard bewezen. Tot nu toe wordt algemeen aangenomen dat de stof beschadiging van het DNA voorkomt door vrije radicalen af te vangen. Dangs experimenten doen echter vermoeden dat dat hooguit een bijwerking is.

Overigens laat Dang weten dat er nog veel meer onderzoek naar het precieze effect van antioxidanten nodig is. Hij raadt kankerpatiënten met klem af om nu “emmers vol vitamine C te gaan slikken”.

bron: Reuters

Onderwerpen