Omstreden theorie over menselijk reukvermogen kan natuurkundig gesproken kloppen.

Het is in theorie niet onmogelijk dat geurwaarneming berust op quantummechanische effecten, en niet op chemische binding aan receptoren. Dat stellen onderzoekers van University College (Londen) in een artikel dat binnenkort verschijnt in Physical Review Letters.

Het quantum-idee is tien jaar geleden in de wereld gebracht door de Franse biofysicus Luca Turin. Hij vermoedt dat receptoreiwitten in de neus niet reageren op de vorm van een geurstof, maar op zijn trillingen. Die zouden een ‘tunneleffect’ kunnen stimuleren waarbij elektronen overspringen naar een ander deel van het receptoreiwit. En dat zou weer een signaal naar de hersenen doen gaan.

Turins theorie zou onder meer verklaren waarom moleculen, die qua vorm heel sterk op elkaar lijken, in de praktijk toch totaal verschillend kunnen ruiken. Bij dieren is zelfs waargenomen dat ze het verschil konden ruiken tussen identieke moleculen waar verschillende isotopen in voorkwamen. Als het reukvermogen alleen op vorm selecteert, kan dat laatste helemaal niet. Maar die isotopen hebben wél verschillende massa’s en veroorzaken dus afwijkende trillingsfrequenties.

De Engelse onderzoekers hebben nu wat rekenwerk gedaan en concluderen dat de aanwezigheid van een geurstof inderdaad het tunneleffect in een typisch receptoreiwit significant kan versterken. Het is geen bewijs dat Turin gelijk heeft, maar wel dat hij gelijk kán hebben.

Zelf twijfelt Turin er overigens geen moment aan. Vijf jaar geleden richtte hij in de VS een bedrijfje op dat zich bezighoudt met rationeel geurontwerp. Het streven is om van een willekeurig molecuul te kunnen voorspellen hoe het ruikt.

bron: news@nature

Onderwerpen