Hoge activiteit bij bescheiden temperatuur brengt commercialisering dichterbij

Een polymeercomplex, dat ontstaat uit dicyanopyridine-trimeren en een platinazout, zet methaan en oleum (rokend zwavelzuur) bij 200 graden Celsius selectief om in methanol. En het is minstens 6 keer opnieuw te gebruiken zonder dat de katalytische activiteit serieus achteruit gaat, zo melden Regina Palkovits en Ferdi Schüth (Max-Planck-Institut für Kohlenforschung, Mülheim) in Angewandte Chemie.

Het is lang niet de eerste poging om methaan in één stap katalytisch in methanol om te zetten. Zo’n proces kan de exploitatie van afgelegen aardgasvelden veel aantrekkelijker maken. Methanol is immers bij kamertemperatuur een vloeistof, en dus veel goedkoper naar de bewoonde wereld te transporteren.

Tot nu toe is het echter nooit gelukt om een katalysator te vinden die echt commercieel bruikbaar is. Vandaar dat methanol meestal wordt gemaakt door methaan eerst bij hoge temperatuur te vergassen en vervolgens het gevormde synthesegas bij hoge temperatuur verder te laten reageren. Maar dat is een proces dat alleen op grote schaal echt rendabel is te krijgen.

De nieuwe katalysator zou zich wél moeten lenen voor een klein fabriekje naast een gasveld in de rimboe. Groot voordeel is dat het een vaste stof is, die na afloop eenvoudig uit de methanol kan worden gefilterd.

De redactie van Chemical & Engineering News heeft de Utrechtse katalyse-expert Krijn de Jong gebeld om commentaar. Die stelt dat het een elegante manier is om platina op goed gedefinieerde wijze te immobiliseren, maar het moet hem wel van het hart dat rokend zwavelzuur nogal hoge eisen stelt aan de materialen waarmee het in aanraking komt.

bron: C&EN

Onderwerpen