Genetisch onderzoek jaagt Maori in de gordijnen
In Nieuw-Zeeland is grote opschudding ontstaan over een onderzoek naar de genen van de Maori. Gesuggereerd wordt dat overmatige agressie het ooit zo trotse volk letterlijk in het bloed zit.
Volgens onderzoeker Rod Lea (Institute of Environmental Science and Research, Wellington) hebben Maori-mannen tweemaal zo vaak een probleem met de aanmaak van het enzym monoamine-oxidase (MOA) als Europese mannen. MOA heeft een zekere invloed op menselijke gemoedstoestanden. Een afwijkende concentratie kan tot depressies leiden, maar ook tot verslavingen of tot agressie. Het verantwoordelijke gen wordt soms aangeduid met de term ‘warrior gene’.
Het vervelende is dat huiselijk geweld een enorm probleem is in Nieuw-Zeeland, en dat vooral de Maori daar op worden aangekeken. De film ‘Once were warriors’ (1994) heeft dat stereotype de hele wereld rondgestuurd.
Volgens regeringscijfers worden Maori-kinderen van onder de vijf inderdaad tweemaal zo vaak als gemiddeld door hun ouders het ziekenhuis in geslagen. Afgelopen juni stonden de kranten nog vol over een huiselijke tragedie in Auckland, waarbij een Maori-tweeling van drie maanden stierf aan hoofdletsel. Maar dat kan net zo goed liggen aan het feit dat de Maori niet bepaald de meest welvarende bevolkingsgroep van Nieuw-Zeeland vormen.
Een kopstuk van de Maori-partij heeft al geklaagd dat journalisten haar nu vragen of het warrior-gen de reden is dat de Maori een gewelddadig ras zijn. “Once were gardeners, once were astronomers, once were philosophers, once were lovers”, zo luidde haar verontwaardigde commentaar.
bron: Reuters
Nog geen opmerkingen