Onderzoek sluit arseenvergiftiging uit
Napoleon Bonaparte is niet vergiftigd met arseen, maar hoogstwaarschijnlijk gestorven aan de gevolgen van maagkanker. Dat concluderen Amerikaanse, Zwitserse en Canadese onderzoekers deze maand in Nature Clinical Practice Gastroenterology & Hepatology.
Zelfs met de huidige chirurgische en chemotherapeutische mogelijkheden zou de patiënt waarschijnlijk binnen een jaar dood zijn geweest.
Napoleon was keizer van Frankrijk tot 1815. Na de verloren slag bij Waterloo werd hij door de Britten verbannen naar St. Helena, een eilandje in de Zuid-Atlantische Oceaan. Daar stierf hij in 1821. Toen al werd bij de autopsie maagkanker geconstateerd. Maar in 1961 werd in een restje hoofdhaar een verhoogde arseenconcentratie gevonden. Sindsdien gonst het van de geruchten dat de ex-keizer is vergiftigd uit vrees dat hij van het eiland zou ontsnappen om in Frankrijk opnieuw de macht te grijpen.
Voor het huidige onderzoek is het autopsierapport uit 1821 vergeleken met moderne beelden van 50 goedaardige maagzweren en 50 maagtumoren. De conclusie luidt dat de beschreven lesie in Napoleons maag met geen mogelijkheid goedaardig kan zijn geweest, alleen al vanwege de grootte. In vaktermen is sprake van T3N1M0-maagkanker oftewel stadium IIIA, op zijn minst. Zelfs anno 2007 komt IIIA neer op slechts 20 procent kans om na vijf jaar nog te leven.
In het autopsierapport staat echter niets dat wijst op de typische symptomen van arseenvergiftiging, en ooggetuigeverslagen uit 1821 wijzen ook niet in die richting.
De maagkanker was mogelijk het gevolg van chronische infectie door Helicobacter pylori, versterkt door een militair dieet van voornamelijk pekelvlees. Of Napoleon er erfelijke aanleg voor had, valt niet meer na te gaan.
bron: UT Southwestern Medical Center
Nog geen opmerkingen