Ga je na het hbo direct aan het werk of plak je toch nog een paar jaar aan je studie voor een universitaire master? Beide opties hebben voor- en nadelen, maar wat past het best bij jou?

‘Zeker een kwart van onze hbo-studenten chemie en chemische technologie overweegt om door te studeren na hun studie’, vertelt Bert Swennenhuis, teamleider chemie en chemische technologie bij Saxion Enschede. Die studenten willen meer doen dan ze met hun hbo-diploma kunnen, zijn nog niet toe aan werken of willen simpelweg nog meer leren. Voor Robert Voeten, afgestudeerd chemicus van de Fontys Hogeschool Eindhoven en inmiddels promovendus aan de VU Amsterdam, was de keuze simpel: ‘Mijn nieuwsgierigheid was op het hbo nog niet verzadigd. Ik wil altijd weten waar de resultaten vandaan komen en wat erachter zit.’ Voeten volgde daarom een master analytische chemie aan de VU.

Premaster

Zoals Voeten zijn er meer. In Nijmegen starten bijvoorbeeld vijftien studenten per jaar aan het premastertraject, een programma van zo’n 30 tot 45 studiepunten waarin studenten hun kennis bijwerken voor ze aan de daadwerkelijke master beginnen. ‘Daarnaast volgen ook nog vijftien andere studenten vakken uit de premaster tijdens hun hbo-minor’, vertelt Luc-Jan Laarhoven, onderwijscoördinator aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Niet iedereen die de minor doet, kiest uiteindelijk voor een master, maar het geeft wel aan dat hbo-studenten nadenken over de optie om een master te volgen. Swen­nenhuis ziet ook in Enschede dat een redelijk aantal studenten een master overweegt. ‘Per jaar stroomt zo’n 15 % van onze studenten chemie en chemische technologie door naar de universiteit. Maar het aantal varieert wel van jaar tot jaar.’

 

‘Zo kom je erachter welk niveau ze verwachten’

Volgens Swennenhuis zou iedere hbo-student die een master overweegt een premaster moeten volgen tijdens zijn minor. ‘Het is de ideale manier om erachter te komen of een master bij je past. Het leert je hoe een universitaire studie werkt en welk niveau ze verwachten.’ Ook Laarhoven vindt de premaster een goede manier om de universiteit te leren kennen. ‘Studenten zien direct of ze de universitaire manier van denken aankunnen.’

Voeten heeft zijn premastervakken tegelijk gevolgd met zijn mastervakken en vond het goed te doen. Wel merkte hij dat zijn medestudenten er meer moeite mee hadden. ‘Vooral de vakken met wiskunde waren pittig voor veel mensen’, vertelt hij. ‘Je krijgt hier veel meer met wiskunde en fysische chemie te maken. Bovendien heeft iedereen andere wiskunde gehad in zijn vooropleiding, ik had bijvoorbeeld nog nooit met matrixen gerekend, terwijl dat voor anderen gesneden koek was.’

 

‘Bedrijven hebben juist behoefte aan hbo’ers’

Ook Laarhoven ziet dat de wiskundige vakken in de premaster vaak de grootste hordes vormen. ‘Wij vragen een duidelijke inhaalslag van calculus en fysische chemie. De afgelopen tien jaar is een hoop wis- en natuurkunde verdwenen op de hbo’s, dus de aansluiting met die vakken gaat soms moeizaam.’ Swennenhuis denkt niet dat de problemen ontstaan omdat het niveau op het hbo lager is. ‘Studenten die van de universiteit overstappen naar het hbo zeggen vaak dat de tentamens echt niet makkelijker zijn. De insteek is gewoon anders, we gaan minder diep op de stof in.’ Toch snapt hij wel dat die vakken een struikelblok vormen. ‘De studenten doen die master omdat ze meer over chemie willen leren, op die wiskunde zitten ze vaak niet te wachten.’

Ondanks de soms pittige vakken komen er toch studenten door de premaster, en die doen het ook heel goed in hun verdere studie, ziet Laarhoven. ‘Als ze eenmaal in een master zitten, dan merk je weinig verschil.’

Hbo’ers in trek

De universitaire onderzoeksgroepen zijn vaak heel blij met hbo-doorstromers in de groep. Laarhoven: ‘Die studenten hebben vaak meer praktische vaardigheden, dat vinden onze onderzoeksgroepen erg fijn.’ Maar ook bij bedrijven zijn hbo’ers zeer in trek. Dat merkte Femke Waijers, die een studie analytical chemistry afrondde aan de Avans Hogeschool in Den Bosch. ‘Tijdens een sollicitatiegesprek vertelde de bedrijfsleider mij dat er veel te veel universitair opgeleide denkers in kantoren zitten. Iedereen wil maar doorstuderen, terwijl bedrijven juist behoefte hebben aan hbo’ers die niet alleen denken, maar ook willen doen.’

Waijers kreeg na haar afstudeerstage bij DSM Coating Resins in Waalwijk een aanbod om te gaan werken op het R&D-lab daar. Ze greep de kans met beide handen aan. ‘Ik heb wel overwogen om een master te doen en ben ook op de TU/e gaan kijken, maar ik kon niet direct een master vinden die ik leuk vond. Dus toen ik het aanbod kreeg voor deze baan was de keuze makkelijk gemaakt.’ Toch is Waijers nog lang niet uitgeleerd. ‘Ik ben nog zo jong, later ga ik misschien nog een master doen.’

Volgens Swennenhuis is de markt voor hbo-studenten op dit moment sowieso heel aantrekkelijk. ‘Als een masteropleiding tegenvalt, kunnen ze gemakkelijk terugvallen op hun diploma. En er zijn genoeg banen voor studenten chemie, dan maak je makkelijker de keuze om toch maar geld te gaan verdienen.’ ‘Bovendien doen werkenden vaak ervaringen op die je in de collegebanken niet tegenkomt’, voegt Waijers toe.

 

‘Leer beide werelden kennen zodat je weet wat bij je past’

Er zitten dus zeker voordelen aan de keuze om te gaan werken. Daarom raadt Swen­nenhuis aan om tijdens je studie kennis te maken met zowel het bedrijfsleven als de universiteit. ‘Als je stage bij een bedrijf was, overweeg dan om af te studeren in een onderzoeksgroep van de universiteit of andersom. Zo leer je beide werelden kennen en leer je wat bij je past.’ En andersom geldt het ook, vindt de teamleider: ‘Als je zeker denkt te weten dat je wil doorstuderen, moet je eigenlijk toch de sfeer in het bedrijfsleven proeven.’

Wees gemotiveerd

Laarhoven ziet vooral studenten die gemotiveerd zijn het vrijwel altijd redden. ‘Mijn tip aan alle studenten is: maak een bewuste keuze. Zoek uit wat je gelukkig maakt en ga daarin verder.’ Van tevoren weet je natuurlijk nooit zeker of je de juiste keuze maakt, maar als je er in ieder geval volledig voor gaat kun je volgens de opleidingscoördinator een heel eind komen. ‘Degene die maar wat proberen vallen vrij snel af.’

Ook Voeten denkt dat motivatie een grote rol speelt. Maar volgens hem moet je eigenlijk niet stoppen bij een master. ‘Je ziet dat hbo’ers steeds vaker concurreren met masterstudenten voor functies zoals junior onderzoeker, dus als je echt interesse hebt in de chemie zou ik gewoon doorgaan voor een PhD. Dan kom je uiteindelijk makkelijker in hogere functies terecht.’ Waijers raadt studenten aan om niet bang te zijn. ‘Zorg vooral dat je uiteindelijk doet wat je leuk vindt, studeren kan altijd nog.’