Bestrijdingsmiddel beschermt vooral door afschrikkende werking

Spuiten met DDT voorkomt besmettingen met malariamuggen niet zozeer doordat het gif de muggen doodt, maar vooral doordat het ze wegjaagt. Dat claimen Amerikaanse onderzoekers deze week in PLoS ONE.

De studie geeft steun aan het standpunt van de Wereldgezondheidsorganisatie, dat spuiten met DDT in ontwikkelingslanden een goed idee is. In de meeste landen is de stof verboden uit vrees voor ophoping en kankerverwekkende eigenschappen. Maar in landen die vergeven zijn van de malaria- en andere muggen lijken de voordelen uiteindelijk groter te zijn dan de nadelen.

De onderzoekers hebben het geprobeerd in Thailand, met de muggensoort Aedes aegypti die gele koorts en knokkelkoorts overbrengt. Wanneer het interieur van een hutje werd bespoten met DDT, waagden 59 van de 100 proefmuggen zich er niet meer in. Van de 41 die wel naar binnen vlogen, bleven er 27 fit genoeg om te kunnen steken. Slechts twee vielen dood neer.

Spoot je met alphacypermethrine, vlogen alle 100 muggen gewoon naar binnen. Daarvan gingen er 15 dood. 46 andere vlogen echter heel snel weer naar buiten, en daarvan stierven er achteraf nog 9.

Spuiten met dieldrin hield ook geen enkele mug buiten, maar van de 100 werden er 92 zo ziek dat ze niet meer konden steken.

Conclusie: DDT vermindert het risico op een steek met 73 procent, alphacypermethrine met 61 procent en dieldrin met 92 procent, maar dat laatste gif geeft de muggen de meeste kans om resistent te worden.

bron: Reuters

Onderwerpen