Britse onderzoekers hebben een klein molecuul bedacht dat de replicatie van álle vormen van het verkoudheidsvirus verhindert. Al is het zeer de vraag of je er in de praktijk iets aan hebt, valt op te maken uit een publicatie in Nature Chemistry.
Heb je er uiteindelijk wel iets aan, dan hopen de auteurs in eerste instantie mensen te helpen die er vanwege een chronische luchtwegaandoening zoals astma, cystische fibrose of COPD geen verkoudheid bij kunnen hebben.
Met een vaccin krijg je die zogeheten rhinovirussen niet klein, omdat er meer dan honderd verschillende types van bestaan die ook nog eens snel verder muteren. Ze hebben echter allemaal voor de opbouw van hun virusmantel een eiwit genaamd N-myristoyltransferase nodig, dat ze moeten lenen van de gastheercel. Bij mensen bestaan er twee varianten van, genaamd NMT1 en NMT2.
Ed Tate en collega’s van onder meer Imperial College London zijn er op een vrij aparte manier in geslaagd een klein molecuul te vinden dat ze allebei effectief blokkeert. Ze zochten eigenlijk een middel tegen de NMT-versie van de malariaparasiet P. falciparum. Een molecuul uit een stoffenbibliotheek, genaamd IMP-72, bleek daar een beetje tegen te werken. Nader onderzoek leerde dat het zich daarbij hechtte op een detail binnen de die er bij menselijk NMT1 ongeveer hetzelfde uitziet.
Op basis van gegevens over de menselijke NMP-structuur zijn ze vervolgens net zo lang gaan sleutelen aan IMP-72 tot ze iets in handen hadden dat perfect op zowel NMT1 als NMT2 past, en aan sub-nanomolaire concentraties genoeg heeft om beide eiwitten effectief te blokkeren. Het heet IMP-1088. Zie de illustratie; de laatste aanpassing was de bovenste F waar eerst een H zat.
In een kweekje van HeLa-cellen lijkt het uitstekend te werken.
Er zitten wel een paar nadeeltjes aan. Ten eerste hebben de gastheercellen zelf ook NMT nodig; ze kunnen het wel even missen maar als het te lang duurt loop je kans op heel vervelende bijwerkingen. De onderzoekers vermoeden dat het wel meevalt wanneer je IMP-1088 eenmalig doseert; er worden dan snel genoeg nieuwe NMT-eiwitten aangemaakt die geen vrij IMP-1088 meer zullen tegenkomen. Maar ze benadrukken de noodzaak om de cytotoxiciteit grondig te onderzoeken.
Een groter probleem is dat IMP-1088 alleen effectief lijkt te zijn wanneer je het binnen een paar uur na de infectie toedient, op een moment dat het rhinovirus zichzelf nog niet al te vaak heeft vermenigvuldigd. En er bestaat simpelweg nog geen techniek waarmee je op dát moment al de diagnose kunt stellen.
bron: Nature Chemistry
Nog geen opmerkingen