PerkinElmer mag dan een Amerikaans concern zijn, een deel van de productie komt nog altijd uit Groningen. Logistiek gezien kun je nauwelijks gunstiger zitten, vinden ze daar zelf.

“Kralen rijgen aan een snoer”, noemt Perry Luja het. Hij is managing director van de Groningse vestiging van PerkinElmer Life and Analytical Sciences, producent van een bont portfolio van analyseapparatuur, -benodigdheden en reagentia . En hij voorziet binnenkort een verdere uitbreiding van de collectie. “We hebben voor de komende drie jaar een substantieel bedrag beschikbaar om aan overnames te besteden. Zo kunnen we ons aanpassen aan de marktvraag, bijvoorbeeld door actiever te worden op het gebied van genomics en proteomics. De onlangs aangekondigde overnames van Evotec Technologies uit Hamburg en Euroscreen uit Gosselies (België), laten zien dat PerkinElmer onder meer focust op cell based assays.”

RIGOUREUS

Het Groningse bedrijf, waar 42 mensen werken, heette vroeger Packard Bio­Science. In 2001 liet het zichzelf aan PerkinElmers kralensnoer rijgen. Op dat moment maakte het concern spannende tijden door. Salesmanager Jeroen Appeldoorn vertelt dat de sales- en marketingactiviteiten wereldwijd werden geconcentreerd binnen een klein aantal customer care centers. In Europa kwamen er twee, in Brussel en in het Italiaanse Monza. Nogal wat medewerkers moesten aan een nieuwe omgeving wennen. “Het waren stappen die toen rigoureus overkwamen, maar heden ten dage veel meer worden geaccepteerd. Kijk maar wat er elders binnen de branche is gebeurd.”

De productievestigingen werken sindsdien binnen een wereldwijd total solu­tions-concept. Wie losse dingen uit de catalogus wil bestellen, mag dat uiteraard doen, maar PerkinElmer zoekt liever intern alle ingrediënten bij elkaar die voor een bepaalde analyse nodig zijn. “Zo’n total solution bevat soms onderdelen uit vijf, zes verschillende fabrieken”, legt Luja uit. “Maar de klant ziet dat niet omdat ze als één pakket worden aangeleverd.”

Een goed voorbeeld is de bestelling die de Nederlandse overheid begin november deed. Het betrof onder meer vier tandem-MS-systemen, reagentia en LIMS-software, bedoeld voor vijf centra die het bloed van pasgeborenen gaan analyseren. Tot nu toe werd bij de zogeheten hielprik naar drie aangeboren ziektes gekeken. De nieuwe apparatuur moet dit getal opvoeren naar zeventien.

SCINTILLATIE

Groningen is gespecialiseerd in verbruiksartikelen. Packard begon ooit met vloeistofcocktails voor scintillatietellers waarmee radioactiviteit wordt gemeten, bijvoorbeeld in het koelwater van kerncentrales. Ze bestaan uit zes tot tien ingekochte componenten, die in Groningen worden gemengd. Later kwamen er bioluminescente reagentia op basis van luciferase bij, bedoeld voor onderzoek binnen de life sciences. De derde activiteit betreft microtiterplaten die speciaal worden ontworpen om in combinatie met die reagentia te worden gebruikt. Ze worden bijvoorbeeld voorzien van scintillerende coatings, of vervaardigd uit kunststof in aangepaste kleuren om crosstalk tussen de verschillende monsters te minimaliseren. Het coaten gebeurt in eigen huis; het spuitgietwerk is uitbesteed aan een bedrijf in Emmen dat als een van de weinige binnen de kunststoffenbranche over een cleanroom beschikt.

Luja is minstens zo trots op de logistieke faciliteiten, die het grootste deel van zijn bedrijfspand vullen. Per jaar gaan veertigduizend orders de deur uit die door koerierdiensten binnen een of twee dagen bij de wereldwijde klanten worden bezorgd, zonder tussenkomst van regionale distributiepunten. Dat Groningen in het hart van de westerse industriële wereld ligt, precies tussen de VS en Japan in, komt daarbij goed uit.

“We leveren nu in 98 procent van de gevallen op tijd. We geven onszelf vier uur voor de orderpicking. En we hebben een groot probleem met toeleveranciers die dat nog niet snappen en die denken: het kan morgen wel.” Lastig is wel dat veel leveranciers een uniek product leveren, zodat je niet zonder meer kunt overstappen. Zo kunnen grote kunststofleveranciers zich de nodige arrogantie permitteren: voor hen is elke klant een kleine klant. En in de life sciences zie je het andere uiterste. “We hebben meegemaakt dat we werkten met specifiek biologisch materiaal dat uit één geit kwam. Toen die doodging, hadden we een probleem.”

Bron: C2W1