Alternatief van DSM voor Europese emissiehandel moet beste jongetjes van de klas belonen

CO2-emissierechten moeten niet langer per bedrijf maar per product worden uitgegeven. Op die manier wordt de industrie gestimuleerd om verouderde fabrieken efficiënter te maken, en verwordt de emissiehandel niet tot een straf voor bedrijven die zichzelf al eerder hebben gemoderniseerd. Dat was de boodschap van DSM-topman Jan Zuidam bij de presentatie van het jaarlijkse duurzaamheidsverslag van zijn bedrijf.

Zuidam maakte duidelijk dat DSM zich gepakt voelt. Sinds 1980 is het concern 25% energie-efficiënter geworden, en de efficiency verbetert nog steeds met gemiddeld een procent per jaar. Uit benchmarks blijkt dat de Nederlandse DSM-fabrieken qua energiezuinigheid tot de wereldtop behoren.

Maar binnen het in 2005 ingevoerde Europese emissiehandelssysteem kreeg elk bedrijf een starthoeveelheid emissierechten die verband hield met de uitstoot op dat moment. DSM heeft er dus relatief weinig gekregen. Concurrenten die voor 2005 veel minder aan efficiency hadden gedaan, werden met extra emissierechten beloond. En dat steekt.

“Als Europa een aantrekkelijke regio wil zijn voor een moderne, efficiënte industrie, dan moet je zorgen dat de emissiehandel dat ondersteunt”, aldus Zuidam.

Volgens hem heeft DSM een methode ontwikkeld waarmee de rechten eerlijker worden verdeeld, terwijl de overheid toch zeker weet dat het totale emissieplafond in Europa niet wordt overschreden. Basisidee is om per product een emissieplafond vast te stellen. Iedereen die datzelfde product maakt moet dan in de praktijk aan dezelfde minimale efficiency-eisen voldoen, of betalen.

De regie voor de toewijzing van emissierechten zou volgens DSM in handen van een European Emissions Agency moeten komen te liggen.

bron: DSM

Onderwerpen