Iraniërs mogen niet op grond van hun nationaliteit worden uitgesloten van bepaalde studies. Dat is namelijk discriminatie en dus in strijd met de Grondwet, zo heeft een rechter in Den Haag vandaag bepaald.

De uitspraak maakt een einde aan een maatregel die het kabinet anderhalf jaar geleden nam, teneinde te voldoen aan resolutie 1737 van de Veiligheidsraad. Die resolutie moet voorkómen dat de Iraanse machthebbers aan technische kennis komen die ze nodig hebben om eigen kernwapens te kunnen bouwen.

In dat kader werden Iraniërs uitgesloten van negen masteropleidingen waar kernfysica aan te pas komt, en mochten ze de nucleaire installaties in Petten, Delft en Borssele niet meer in. Dat gold zelfs voor Iraanse vluchtelingen en voor Nederlanders met Iraanse ouders.

Opvallend is dat Nederland zowat het enige land schijnt te zijn dat zó rigoureus te werk is gegaan.

Enkele gedupeerden spanden daarop een rechtszaak aan tegen de Staat, en die hebben ze nu dus gewonnen. De rechter stelt dat een algemeen onderscheid, enkel op basis van nationaliteit, niet is toegestaan. Alsof alleen Iraniers een risico vormen.

In het vonnis wordt aangeraden om voortaan iedereen, die met gevoelige nucleaire informatie in aanraking komt, individueel te screenen ongeacht de nationaliteit.

Onbekend is nog of er een hoger beroep volgt, maar het zit er uiteraard wel dik in.

bron: NRC, De Telegraaf, Hoger Onderwijs Persbureau