Uit het oorsmeer van een blauwe vinvis kun je zowel zijn sociale verleden als de geschiedenis van de vervuiling van zijn zwemwater aflezen. Zo kun je bijvoorbeeld meten hoeveel kwik er vroeger in de oceaan zat, schrijven onderzoekers van Baylor University in PNAS.
Tot nu toe werd dat oorsmeer vooral gebruikt om de leeftijd van walvissen te bepalen. Bij veel soorten hoopt het zich in de gehoorgang op tot een soort ‘oorplug’ van lipiden, was en keratine. De kleur is afhankelijk van voedsel en omgevingsfactoren. En aangezien walvissen elk jaar dezelfde migratieroutes volgen kun je duidelijk ‘jaarringen’ zien in zo’n oorplug, net als in een boomstam.
De Amerikanen hebben nu zo’n oorplug verwijderd uit de stoffelijke resten van een blauwe vinvis die op 12-jarige leeftijd was overvaren door een zeeschip. En dit keer telden ze niet alleen de jaarringen, maar ze sneden ze ook onder de microscoop los om ze allemaal afzonderlijk te kunnen analyseren.
Voor dat laatste gebruikten ze veschillende methodes. De hormoonconcentraties bepaalden ze met enzym-immunoassays, voor het kwikgehalte gebruikten ze een gespecialiseerd instrument dat werkt met atoomfluorescentiespectrometrie, en de overige organische bestanddelen extraheerden ze in vloeistof waarna ze ze identificeerden met gaschromatografie gevolgd door massaspectrometrie.
Uit de resultaten konden ze onder meer het moment aflezen dat de walvis geslachtsrijp was geworden (aan zijn testosteron) en in welke perioden van zijn leven hij het meest gestresst was. Dat laatste kun je zien aan het cortisolgehalte. Dat de hoogste piek vlak ná de testosteronpiek viel doet iets vermoeden over het sociale leven van blauwe vinvissen.
Ook konden verschillende persistente organische verontreinigingen (POP’s) worden gemeten. Opvallend genoeg piekten die al in de eeste zes maanden, waaruit je kunt opmaken dat een walviskalf relatief veel verontreinigingen meekrijgt van zijn moeder. Dat bleek in mindere mate te gelden voor kwik. De kwikconcentratie vertoont dan wel weer een paar duidelijke pieken, die eigenlijk alleen zijn te verklaren uit incidentele lozingen rond de vaste zwemroute van deze walvis.
De onderzoekers stellen voor om ook oudere oorpluggen te analyseren die her en der in musea worden bewaard, om een uitgebreider tijdsbeeld te krijgen.
bron: Baylor University
Nog geen opmerkingen