Transcriptiefactor laat in muizen slapende hartstamcellen uitgroeien tot hartspiercellen en herstelt zo schade na een infarct, aldus onderzoekers van University College London Institute of Child Health. Niet eerder lukte het om in vivo hartspiercellen ofwel cardiomyocyten te herstellen.

Bekend was dat het eiwit thymosin beta 4 (Tß4) in vivo bloedvaten helpt groeien en zo hartfunctie in muizen verbetert. Dat het ook gebruikt kan worden om de spiercellen te laten groeien, is nieuw.

Het afsterven van cardiomyocyten na een hartaanval leidt tot een vermindering van de pompkracht en vaak de dood.

In de studie, gepubliceerd in Nature, kregen muizen een week lang elke dag een Tß4-injectie. Daarna werd een van de kransslagaders dicht gehecht om een hartinfarct te simuleren. Een deel van het hart stierf zo af, maar de muizen overleefden het. Op verschillende tijdstippen na de operatie werd het hartweefsel onderzocht en de genexpressie gemeten.

Zo ontdekten hoofdonderzoeker Paul Riley en collega’s dat slapende stamcellen in de met Tß4 geïnjecteerde muizen het gen Wilm’s tumour 1 (Wt1) hoog tot expressie brengen. Bekend is dat embryonale stamcellen met een hoog Wt-1-expressie tot hartspiercellen uitgroeien.

 

Hartstamcellen bevinden zich bij volwassen mensen en muizen in een soort slaapstand in het hartvlies (epicard). Maar twee weken na de operatie zagen de onderzoekers dat de cellen naar de beschadigde delen in het hart waren gemigreerd. Daar vormden ze nieuwe cardiomyocyten. De hartfunctie herstelde zo tot wel 25 procent.

 

Klinisch onderzoek moet de komende jaren uitwijzen of de transcriptiefactor ook hartweefsel in mensen kan herstellen na een infarct, aldus Riley. Personen die een groot risico lopen op het krijgen van een hartaanval hebben dan wellicht ook baat bij een Tß4-injectie.

 

Bron: Nature News

Onderwerpen