De H-index heeft zijn langste tijd gehad. Fritz Schaefer en Amy Peterson, die voor het tijdschrift Chemistry World deze ranglijst van best geciteerde chemici bijhielden houden er mee op. Te controversieel om er nog zo veel moeite in te steken, luidt het eindoordeel.
De index werd in 2005 bedacht door fysicus Jorge Hirsch. Het is een cijfer dat het aantal artikelen van een auteur weergeeft, dat op zijn minst datzelfde aantal keren is geciteerd. George Whitesides, die de lijst al jaren aanvoert, heeft bijvoorbeeld een H-index van 169 wat wil zeggen dat hij 169 publicaties op zijn naam heeft staan die elk minstens 169 keer door anderen geciteerd zijn.
Het idee was dat je zowel de kwantiteit als de kwaliteit van iemands publicaties kunt meten, en dat dat eerlijker is dan artikelen en citaties afzonderlijk tellen. In de praktijk lijkt het redelijk te werken, al blijft het een handicap dat de factor leeftijd er niet in zit.
Maar vanaf het begin is er veel kritiek op de H-index geweest. Vooral omdat ambtenaren, die over de verdeling van het onderzoeksbudget moeten beslissen, sterk de neiging te hebben om niet verder dan zo’n cijfertje te kijken. Voor een wetenschapper is het dus in wezen immoreel om die cijfertjes aan ze te verstrekken.
Volgens Schaefer moet je de H-index ook niet zo gebruiken, maar als onderdeel van een veel bredere beoordeling. In Chemistry World krijgt hij bijval van Whitesides die opmerkt dat peer reviewers, geldschieters, valoriseertijgers, wetenschapsacademies en alle andere beoordelaars die hij kan bedenken net zo goed barsten van de bias en dat je je dus sowieso niet op één factor moet blindstaren.
Maar voor het moment is Schaefer het kennelijk spuugzat. Temeer daar het opstellen van de H-index-topzoveel heel erg veel werk kost, vooral omdat je telkens moet checken of er niet twee of meer wetenschappers actief zijn met precies dezelfde naam. Vooral in het Verre Oosten zijn ze er berucht om dat ze allemaal Wang of Tanaka heten.
Het is de moeite niet waard, vindt Schaefer. ‘However, if I were to get a load of letters saying “please don’t stop”, I might reconsider’, zo besluit hij.
Nog geen opmerkingen