Steeds meer studenten gaan studeren of stage lopen in het buitenland. En waar kun je dat beter doen dan in het land van de toekomst: China?

China heeft ruim tweeduizend universiteiten waar jaarlijks meer mensen afstuderen dan in de rest van de wereld. Het land staat momenteel vijfde in de lijst van meest publicerende landen van de American Chemical Society en volgens Peter Stang, hoofdredacteur van JACS, zal China over vijftien jaar na Amerika de tweede plaats in de wereld innemen. Veel mensen zien China dan ook als hét land van de toekomst. Het land zal door zijn snelgroeiende economie een steeds grotere invloed gaan uitoefenen op de wereldeconomie. Er zal steeds meer behoefte ontstaan naar Chinees sprekende mensen, of in ieder geval mensen die dingen weten te doen op the Chinese way.

De Nederlandse overheid erkent die tendens en probeert de uitwisseling van studenten tussen beide landen te stimuleren. Nederlandse bachelor- en masterdiploma’s en diploma’s van het middelbaar onderwijs worden in China erkend en het Nuffic heeft in opdracht van het ministerie van OC&W een aantal Netherlands Education Support Offices (NESO’s) in het buitenland ingericht. Die kantoren moeten bekendheid geven aan het Nederlandse hoger onderwijs en samenwerking ondersteunen. NESO meent dat de manier van communiceren in China heel leerzaam is en dat er studeren de manier is om daarmee bekend te raken. Bovendien leer je zo de Chinese taal en cultuur kennen.

 

Stage

Kitty van Gruijthuijsen zag haar kans en greep die met beide handen aan. De Wageningse studente levensmiddelentechnologie en moleculaire wetenschappen is momenteel druk bezig aan het Institute of Chemistry Chinese Academy of Science. Ze doet er voor een half jaar kwantumchemische berekeningen aan alkyl- en vinylkat­ionen in acetonitril, een zelfstandig project dat deels begeleid wordt vanuit Nederland en deels in China door iemand van de R&D-afdeling van de oliemaatschappij SINOPEC. “Het project bevalt me prima. Ik kan zelf volledig mijn tijd indelen en dat is natuurlijk ideaal als je nog wat van een land wilt zien”, aldus Van Gruijthuijsen.

De groep waarin ze werkzaam is heeft regelmatig overleg, eens per twee weken. “Ik heb het idee dat het heel nuttig is, zeker omdat de groep vrij klein is, maar de keer dat ik erbij was, was alles in het Chinees. Ik heb de eerste maand wel een taalcursus gevolgd en kon tot tien tellen en fenzi – het Chinese woord voor molecuul – verstaan, maar verder hield het op. Gelukkig praat de groep waarin ik zit heel goed Engels. Alleen mijn begeleider praat wat meer Chinees-Engels waardoor het soms wat langer kan duren voordat ik doorheb wat hij bedoelt.”

Heel apart vond Van Gruijthuijsen in het begin de lunches aan het instituut. “Een van de studenten belt naar een restaurantje en binnen een kwartier worden er bakjes met rijst, vlees, groente en stokjes afgeleverd. Die worden dan al werkende achter de pc opgegeten. In het begin dacht ik dat ze alleen maar werkten de hele dag, maar toen had ik nog een soort knop aanstaan die automatisch alle Chinese taal negeert. Inmiddels heb ik door dat ze onder het werk wel degelijk bijpraten over van alles en nog wat.”

Regelwerk

Bij het regelen van haar stage stuitte Van Gruijthuijsen aanvankelijk op wat moeilijkheden. “Ik wilde eigenlijk bij een internationaal chemisch of levensmiddelentechnologisch bedrijf aan de slag, maar de contacten daar gingen heel moeizaam. Veel bedrijven hebben een aparte afdeling personeelszaken voor Azië of geven de voorkeur aan Aziatische studenten. Ikzelf denk dat de taal ook zeker meespeelde.” Uiteindelijk heeft de studente via haar Nederlandse begeleider, die enkele lezingen in China gaf, haar plek weten te bemachtigen.

Toch begint ook de Chinese overheid uitwisseling steeds meer te stimuleren. Was tot voor kort het land zeer gesloten, nu studeren er zo’n 68.000 buitenlandse studenten en het plan is dit aantal uit te breiden naar 120.000 in 2008. Er worden steeds meer programma’s voor internationale studenten aangeboden en het Chinese ministerie van Onderwijs biedt diverse beurzen aan via de China Scholarship Council. Ook het Nuffic biedt beurzen aan om uitwisseling te stimuleren.

Nederland

In Nederland studeren inmiddels zo’n achtduizend Chinese studenten. Volgens Van Gruijthuijsen zijn die heel anders dan die in China. “In China zijn ze stukken opener dan de Chinese studenten die ik in Nederland heb ontmoet. Ze stappen gemakkelijk naar de professor, iets wat Chinese studenten in Nederland moeilijk vinden. Het grootste verschil dat ik hier ervaar is dat Chinezen neigen alles met meerdere mensen te doen, terwijl Nederlanders juist zelfstandig willen zijn.”

Een van die Chinese studenten in Nederland is Lu Liping, studente scheikunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Ze is in 2001 naar Nederland gekomen en heeft daar geen moment spijt van gehad. “Het bevalt me hier goed. Met name de democratische sfeer hier heeft veel indruk op me gemaakt, vooral op universitair terrein.”

Liping raadt iedereen aan naar China te gaan als de kans zich voordoet. “In China ligt de toekomst van de hele wereld.” Ze meent wel dat je de juiste instelling moet hebben. “Nederlandse studenten zijn heel open en hebben vaak bepaalde ideeën over de Chinese cultuur en politiek opgepikt uit de westerse media. Wees vooral niet vooringenomen en laat je verrassen door wat op je pad komt.” Van Gruijthuijsen beaamt dat het belangrijk is om onbevooroordeeld naar China te gaan. “Houd er wel rekening mee dat het systeem er op het moment nog altijd heel erg hiërarchisch is en vooral op feitenkennis gebaseerd.”

Volgens Liping is het belangrijk te integreren in de maatschappij. “Probeer zo veel mogelijk met de lokale bevolking te communiceren en blijf niet in je eigen kringetje rondhangen. Je zult merken dat Chinezen heel gastvrij, vriendelijk, hulpvaardig en tolerant zijn tegen buitenlanders. Probeer ook de Chinese taal op een systematische manier te leren.”

Taalcursussen Mandarijn worden door ongeveer alle universiteiten aangeboden en zijn soms zelfs verplicht. Daarnaast is meestal een bepaald niveau Engels vereist, dat in Arnhem en Lelystad getest wordt door middel van TOEFL’s, Tests Of English as a Foreign Language. Verder moet je de benodigde visa hebben en een gezondheidsverklaring van bijvoorbeeld de GGD. Voor de betere universiteiten heb je bovendien nog een studieplan of een onderzoeksplan nodig en enkele aanbevelingsbrieven. Maar dat is het. Alles wat je nodig hebt om te investeren in je toekomst. Dus grijp je kans en waag die sprong!|

www.nesobeijing.com/study_in_china/

www.chinatoday.com

Onderwerpen