101 Tips voor een soepele overgang van fossiele brandstoffen naar duurzame energie.

Gisteren heeft de officiële overhandiging van het Transitieactieplan ‘Meer met Energie!, Kansen voor Nederland’ plaatsgevonden. De voorzitter van de Task Force Energietransitie, Rein Willems, overhandigde het rapport aan minister Brinkhorst van Economische Zaken en staatssecretaris Van Geel van VROM.

Het plan moet de basis van een nationale strategie vormen en concreet beschrijven hoe een energietransitie van fossiele brandstoffen naar duurzame energie in de praktijk kan worden gerealiseerd. Het geeft aan welke rol duurzame energie in de toekomst kan spelen, welke technologieën deze rol kunnen ondersteunen, welke kansen dat biedt voor Nederlandse bedrijven en op welke manier deze kunnen worden gerealiseerd.

 

De afgelopen 1,5 jaar hebben ruim 200 mensen uit het bedrijfsleven, wetenschap, maatschappelijke organisaties en overheid een bijdrage eraan geleverd.

 

Als doelstellingen voor het jaar 2050 bevat het plan:

1. Besparing in energieverbruik van 1,5-2% per jaar

2. Reductie van de CO2-emissies tot 50% van het niveau in 1990

3. Versterking van de positie van het Nederlandse bedrijfsleven

4. Substantiële inzet van groene grondstoffen en hernieuwbare energie

 

Voor de realisatie van deze doelstellingen zijn zes publiek-private ‘Transitie Platforms’ aan de slag of in oprichting, te weten; groene grondstoffen, duurzame mobiliteit, ketenefficiency, nieuw gas & schoon fossiel, duurzame elektriciteit en gebouwde omgeving. Er zijn 26 ‘transitiepaden’ gekozen, die de bouwstenen van het actieplan vormen en de richting aangeven voor de activiteiten van markt en overheid.

 

Omdat verwacht wordt dat de substantiële effecten van de transitiepaden pas na 2015-2020 op gaan treden, stelt de Task Force voor emissiereductie op de korte termijn een acceleratieproject voor. Ze adviseert de overheid hierin de optie van kernenergie open te houden en geen nieuwe conventionele energiecentrales meer te bouwen.

Ook is er een grote rol weggelegd voor de opslag van CO2, hoewel de energie die dit kost niet in het plan is opgenomen.

 

Volgens Donald Pols van Milieudefensie wordt “onder de dekmantel van ‘duurzame energie’ geprobeerd de positie van de fossiele- en kernenergiesector te verbeteren” en is het Transitieactieplan in menig opzicht een stap terug. Zo is de doelstelling van 60-80% vermindering van broeikasgassen, die het IPCC, het Intergovernmental Panel on Climate Change, noodzakelijk acht voor stabilisatie van de klimaatsverandering, naar beneden bij gedraaid, evenals de energiebesparing van minimaal 2% waartoe de kamerbrede motie Spies/Ham oproept.

 

Voor het behalen van de doelstellingen is volgens de Task Force een grotere investering van de overheid nodig, oplopend tot € 2 miljard per jaar. Dit zou een vaste post op de rijksbegroting moeten worden, gefinancierd uit verschillende instrumenten. Verder stelt de Task Force een oprichting van een Nationale Energie Raad voor, die samen met de voorzitters van het de Transitie Platforms, de transitieactiviteiten gaat coördineren en ondersteunen.

 

Rein Willems benadrukt dat de overheidsbijdrage als een investering moet worden gezien en niet als vorm van subsidie. Volgens hem zal het plan tussen de 20.000 en 30.000 extra banen genereren en kan Nederland een internationale hoofdrol spelen op het gebied van energie. “Ik ben daar zelf heel optimistisch over.” Verder bepleit hij dat het een project is van de langetermijn van zeker 3 tot 4 kabinetsperiodes en dat een continu beleid noodzakelijk is. “Er zijn al gesprekken met de verschillende politieke partijen. Hopelijk komen ze allemaal tot dezelfde conclusie.”

 

Minister Brinkhorst zegt geïnspireerd te zijn door de enorme aandacht voor het plan. Hij complimenteert de Task Force met hun ‘visie gericht op de toekomst, die ook concreet is’ en beaamt het feit dat ‘het volgende kabinet structureel in moet zetten op de kennisindustrie; iets waar het huidige kabinet een begin mee heeft gemaakt’. Hij geeft alleen aan het begrip ‘Europa’ te missen in het actieplan en hoopt dat dit in de definitieve versie die in september dit jaar zal verschijnen, meer naar voren komt. “Dan zullen de jongens van de mannen worden gescheiden.”

 

Ook staatssecretaris Van Geel toont zich enthousiast en geeft aan dat het milieu geen probleem, maar juist een kans vormt. “Ik zie de ambitie om Nederland een voorkeurspositie te geven”.

 

Toezeggingen om het belangrijkste advies van de Task Force, namelijk het volgen van alle aanbevelingen, op te volgen, werden echter niet gedaan door de minister. “Ik wil het rapport eerst nog goed bekijken, voor aan te geven alle aanbevelingen te volgen. We leven in een democratie en we moeten eerst de steun van het kabinet voor het plan hebben.”

Onderwerpen