Veroudering begint met verhoogde activiteit van het eiwitcomplex NF-kB in de hypothalamus. Die activiteit kun je onderdrukken en je bent zelfs nog op tijd als je er op middelbare leeftijd mee begint, blijkt uit een publicatie in Nature.
Zoals gebruikelijk bij dit soort onderzoek werkt het voorlopig alleen bij muizen, en moet je maar afwachten of het bij mensen ook zo gemakkelijk is.
Van NF-kB (voluit nuclear factor kappa-light-chain-enhancer of activated B cells) was al bekend dat het de transcriptie van DNA naar mRNA regelt, en dat het te maken heeft met ontstekingsreacties.
Bekend was ook dat de hypothalamus heel wat lichaamsfuncties regelt, en dat ontregeling van de hypothalamus door ontstekingsreacties kan leiden tot verschijnselen die in verband worden gebracht met veroudering, zoals glucose-intolerantie en hoge bloeddruk. Dat bracht Dongsheng Cai en collega’s van het Einstein College of Medicine in New York op het idee om naar een rechtstreekse link tussen hypothalamus en veroudering te gaan zoeken.
Zo ontdekten ze dat in de hypothalamus van jonge muizen nauwelijks NF-kB-activiteit te bespeuren is, en dat die activiteit sterk toeneemt naarmate de muizen ouder worden.
Vervolgens injecteerden ze een NF-kB-inhibitor in de hypothalamussen van een aantal muizen. Gemiddeld bleven die langer in leven, en hun spiersterkte, huiddikte, botmassa en cognitieve vaardigheden gingen minder snel achteruit dan gebruikelijk.
Omgekeerd takelden muizen sneller af na injectie van een middel dat NF-kB juist stimuleerde.
De auteurs denken ook te weten hoe NF-kB dit voor elkaar krijgt. Het gaat de werking tegen van het hormoon GnRH, een korte peptideketen die eveneens door de hypothalamus wordt aangemaakt en die onder meer de voortplanting aanstuurt. Het suggereert dat veroudering evolutionair ingebakken zit: door cumulatie van stress en ontstekingen gaat vanzelf een keer je NF-kB-activiteit omhoog, krijgt het lichaam de opdracht om de vruchtbaarheid uit te schakelen en begint de afbraak.
Waarbij je wel in het achterhoofd moet houden dat muizen lang niet altijd representatief zijn voor mensen, en dat uitgerekend bij ontstekingen de verschillen nogal groot lijken te zijn.
bron: news@nature
Nog geen opmerkingen