Pearl-project van start temidden van geruchten over kostenexplosie

Het Pearl GTL-project van Shell in Qatar gaat echt niet meer dan 18 miljard dollar kosten. Dat heeft topman Jeroen van der Veer verklaard.

Het Pearl-complex moet 120.000 vaten synthetische brandstof per dag gaan produceren volgens een aangepast Fischer-Tropschproces. Als grondstof dient aardgas, dat onder de zeebodem ten nooren van Qatar ruim voorhanden is.

Van der Veer woonde vandaag (donderdag) in Ras Laffan Industrial City de ceremoniële legging van de eerste steen bij, vergezeld van de Britse kroonprins Charles (die toevallig toch al in het Midden-Oosten was) en de Qatarese troonopvolger sjeik Tamim Bin Hamad Al-Thani. In werkelijkheid is de bouw een half jaar geleden al begonnen.

Eerder vanochtend citeerde het persbureau Reuters een hooggeplaatse functionaris uit Qatar die voorspelde dat de kosten boven de 20 miljard uit zullen komen. Zelf gaat Shell momenteel uit van 12 tot 18 miljard. Maar toen de voorbereidingen in 2003 begonnen, werd er over slechts 5 miljard gepraat. Inmiddels heeft Shell al voor 10 miljard aan contracten vergeven.

Op de website van FEM Business wordt fijntjes opgemerkt dat Shell zich wel vaker in de kosten vergist. Met een verwijzing naar het Sakhalin II-project dat tweemaal zo duur uitvalt als gepland.

Eerder deze week maakte ExxonMobil bekend een soortgelijk project in Qatar af te blazen. Sterk gestegen kosten zouden een van de redenen zijn. Belangrijker lijkt echter dat ExxonMobil een manier heeft gevonden om haar deel van het Qatarese aardgas onbewerkt door te verkopen aan lokale elektriciteitscentrales.

bron: Shell, FEM Business, De Telegraaf