Leeftijdsgebonden aandoeningen zijn te vertragen door afgeleefd celmateriaal kunstmatig uit het lichaam te verwijderen. Bij muizen werkt het alvast perfect, meldt de Groningse moleculair bioloog Jan van Deursen in Nature.
Het slechte nieuws is dat hij zijn muizen vooraf genetisch moest modificeren om de verwijdering mogelijk te maken, en dat hij nog geen idee lijkt te hebben hoe je ze bij mensen wegkrijgt.
Het bestaan van zogeheten ‘senescente’ cellen is al 60 jaar bekend. Het gaat om beschadigde cellen die nog wel leven maar niet meer in staat zijn zich te delen. Waarschijnlijk is dit een mechanisme dat de groei van tumoren afremt. Senescente cellen lijken echter wel in staat om schade aan hun omgeving toe te brengen, zeker wanneer de eigenaar er steeds meer van bezit en het afweersysteem steeds minder goed in staat is om ze allemaal op te ruimen.
Samen met collega’s van de Mayo Clinic in de VS hebben onderzoekers van het Universitair Medisch Centrum Groningen nu uitgeprobeerd wat er gebeurt wanneer je die cellen wèl tijdig opruimt. Dat deden ze door handig gebruik te maken van de neiging van die cellen om bepaalde eiwitten aan te maken, die je bij gezonde cellen niet ziet. Met name het kinase-eiwit p16ink4a.
Ze modificeerden een aantal muizen dusdanig dat hun cellen zouden afsterven zodra ze een synthetisch molecuul genaamd AP20187 ingespoten zouden krijgen, maar alleen als in die cellen ook p16ink4a aanwezig was. Door dit kunststukje konden dus selectief de senescente cellen tot afsterven worden gedwongen.
Als die schoonmaakactie regelmatig werd uitgevoerd, bleken leeftijdsgebonden aandoeningen zoals cataract, afname van spiervolume en spierzwakte inderdaad later op te treden dan normaal. Daarmee is voor het eerst wetenschappelijk bewezen dat senescente cellen mede verantwoordelijk zijn voor het verouderingsproces.
Duidelijke bijwerkingen waren er niet, maar zoals gezegd werkt het alleen bij vooraf gemodificeerde muizen. Mensen blijven voorlopig aangewezen op botox tegen de rimpels.
bron: UMCG
Nog geen opmerkingen