Onderzoekers onderstrepen gevaar maar twijfelen aan testmethodes
Dioxinevervuiling moet veel grondiger worden aangepakt dan men vroeger dacht, maar het risico van een zeer lage blootstelling zou wel eens flink kunnen worden overschat. Zo luidt ongeveer het oordeel van de National Research Council, een onderdeel van de Amerikaanse academie van wetenschappen.
In een dinsdag verschenen rapport steunt de NRC in grote lijnen de bevindingen van het Environmental Protection Agency van drie jaar geleden. Daarin werd gesteld dat dioxines zwaar carcinogeen zijn en dat de grenswaarden misschien wel met een factor tien omlaag zouden moeten, vergeleken met de vorige risicobeoordeling die stamt uit 1985. Tot nu toe heeft de Amerikaanse politiek met dat (concept-)rapport uit 2003 niets gedaan, wat sommige milieugroeperingen beschouwen als een triomf van de chloorlobby.
De NRC betwijfelt echter of het risico op kanker bij een heel lage dosis wel zo hoog is. Er zijn onvoldoende gegevens over de gevolgen van dioxineblootstelling bij mensen. De EPA vertrouwt daarom op dierproeven, maar die beesten krijgen relatief hoeveelheden dioxine toegediend om binnen aanvaardbare tijd resultaten te krijgen.
Tot nu toe heeft de EPA die resultaten altijd lineair geëxtrapoleerd: een halve dosis betekent een half risico. Maar de NRC-commissie waarschuwt dat het verband wel eens niet-lineair zou kunnen zijn en dat het effect van een lage dosis minder is dan verwacht.
EPA krijgt nu de raad om bestaande gegevens aan allebei de mogelijkheden te toetsen, alvorens met definitieve grenswaarden te komen. Volgens de commissie hoeft dat niet langer dan een jaar te kosten en zijn er geen nieuwe metingen voor nodig.
De milieubeweging vreest intussen dat dat jaar uitstel alweer een triomf is voor de chloorindustrie.
bronnen: Reuters en USA Today
Nog geen opmerkingen