In Finland en Estland hebben pasgeborenen een heel andere darmflora dan in Rusland. Dat kan verklaren waarom diabetes type 1 in eerstgenoemde landen veel vaker voorkomt, schrijft een internationaal team in het tijdschrift Cell.
Zoals bekend is diabetes type 1 een autoimmuunziekte. De auteurs leggen dan ook nadrukkelijk een link met de ‘hygiënehypothese’, die inhoudt dat het immuunsysteem van baby’s onvoldoende wordt getraind wanneer je alle bacteriën bij ze uit de buurt houdt. Dat ze daar in Rusland wat minder fanatiek in zijn dan elders, mag zeker niet worden uitgesloten.
Zwak punt is wel dat de publicatie geen enkel bewijs bevat dat de verschillen in darmflora echt voortkomen uit verschillen in hygiëne. Meer dan een vermoeden is het niet, wat sommige kranten ook mogen beweren.
Voor het onderzoek zijn de microbiomen van 222 kinderen gevolgd, van de geboorte tot het derde levensjaar. Daarbij bleek het verschil vooral te zitten in Bacteroides-soorten, die bij de Finse en Estse kinderen overvloedig aanwezig waren maar bij de Russische kinderen eerder een zeldzaamheid. De belangrijkste taak van die Bacteroides-soorten is het afbreken van de oligosachariden in moedermelk, en in Rusland blijkt die rol te worden overgenomen door Bifidobacterium-soorten.
Het probleem lijkt nu te zitten in de lipopolysachariden die uit het celmembraan van Bacteroides-bacteriën steken. Die blijken op de een of andere manier het immuunsysteem te onderdrukken. Lipopolysachariden van andere soorten, met name Escherichia coli, stimuleren dat immuunsysteem juist.
E.coli komt bij alle onderzochte kinderen ongeveer evenveel voor, maar bij de Finse en Estse kinderen is deze soort zwaar in de minderheid vergeleken met Bacteroides. Bij hen overheersen dus de remmende lipopolysachariden, en blijft de ontwikkeling van het immuunsysteem achter. Waardoor de kans groter wordt dat het in een later stadium in de fout gaat en de eigen insulineproducerende bètacellen aanvalt.
Voor de volledigheid: Bifidobacterium speelt in dit verhaal geen rol wegens gebrek aan lipopolysachariden.
Zoals gezegd kunnen de auteurs alleen maar gissen naar de oorzaak van deze verschillen. Maar ze wijzen er op dat pasgeborenen hun eerste darmflora grotendeels mee krijgen van de moeder. Het zou dus zomaar kunnen dat die cocktail inderdaad met het zeepgebruik van de moeder te maken heeft, maar om dat te bevestigen is veel meer onderzoek nodig.
bron: Cell
Nog geen opmerkingen