Tanja Deurloo smeedt geur en product samen tot een sterk geheel.

“Een goede geur doet direct iets met je emoties en neemt je terug naar herinneringen. Ook moet die geur consistent zijn met het product. Zo moet de geur van koffie kloppen met de gewenste eigenschappen, bijvoorbeeld sterk van smaak, donkerbruin en gebrand”, zegt geurexpert Tanja Deurloo (42), die in 2006 haar eigen geurkenniscentrum oprichtte: Annindriya. Met Annindriya, wat staat voor de kracht van de zintuigen (indriya) en de hoogste inzichten (annindriya), ontwikkelt zij innovatieve geurtoepassingen. Zo kan een slim uitgekozen geur in een ziekenhuis geruststellend werken. Het centrum beschikt daarvoor over een geurtuin, een laboratoriumpje en een parfumkelder.

Met een vader die drogist was en een moeder met een schoonheidssalon, begon de passie voor geur al vroeg bij Deurloo. “Ik zat altijd in de geur van eau de cologne en dropjes”, verklaart ze. Haar studie fysisch-organische chemie ziet ze vooral als basisstudie. “Ik heb geleerd wat voor structuur een molecuul moet hebben wil het specifieke chemische eigenschappen bezitten. Zo weet je dat middellange aldehydes en sommige esters waarschijnlijk fruitig zullen geuren. Maar op het gebied van geur en structuur valt nog veel te ontdekken.”

BABYGEUR

De eerste stappen in de wereld van geur zelf zette Deurloo, na een tweede studie marketing, als oligomerenverkoper bij Henkel Oleochemicals. Later stapte ze over naar een van haar klanten, Sara Lee, waar ze verantwoordelijk werd voor de innovatie en productontwikkeling van huid- en babyverzorgingsproducten. En aan dat werk komt volgens de geurexpert ook een flinke dosis psychologie te pas.

“Geurstoffen kunnen de perceptie beïnvloeden. Geef je een groep mensen babyshampoo met de bekende, milde Zwitsal-geur, dan vinden ze dat die goed werkt. Voeg je daarentegen een veel sterkere geur toe, dan krijg je ineens klachten dat het middel niet crèmig zou schuimen of dat het haar er meer door gaat klitten. Hoewel veel chemici het te weinig concreet zullen vinden, houd ik wel van de psychologie en ben ik er veel mee bezig.”

Na de geboorte van haar tweede kind zette Deurloo haar werk zelfstandig voort. Daarbij blijft ze de chemie naar eigen zeggen wel altijd trouw. “Zolang”, voegt Deurloo toe “de uitstoot van stank in de industrie echt tot het minimum wordt beperkt. Hoewel die lucht soms ook positief kan zijn. Als ik in Utrecht ben en de Douwe Egberts-fabriek weer ruik, dan geeft mij dat altijd een prettig gevoel van herkenning.”

KADERTEKST

Lijkt je werk veel op dat van Grenouille in Das Parfum?

“Ik heb helaas niet de grote ketels en de enfleurage met bloemen waarmee je de essenties creëert. Maar ik ben dan ook geen parfumeur. Mijn verwondering over het effect van geuren is mogelijk wel vergelijkbaar.”

Wat herinner je je van je eerste practicum?

“Het product van een van mijn eerste syntheseproefjes had een amandelachtige geur (benzaldehyde). Het was verrassend dat je in de organische chemie kunt ruiken of je synthese goed is gegaan.”

Wat herinner je je van je eerste sollicitatie?

“Mijn eerste sollicitatiegesprek had ik met twee heren. De een was de directeur en de ander zou ik moeten opvolgen. Die verwisselde ik, dus ik sprak de hele tijd met de man die ik moest opvolgen en niet met mijn toekomstige baas. Daar kwam ik pas op het eind achter...”

Bron: C2W5, Carrière Magazine, 14 maart 2009