Dat rood vlees slecht lijkt te zijn voor hart en bloedvaten, zou aan L-carnitine kunnen liggen. Darmbacteriën breken deze stof af via een metabole route die kennelijk leidt tot cholesterol-ophopingen in de bloedvaten, schrijven Amerikaanse onderzoekers in Nature Medicine.

Als ze gelijk hebben, betekent het om te beginnen dat het slikken van extra carnitine als voedingssupplement wel eens niet zo slim zou kunnen zijn.

Dát er een verband bestaat tussen rood vlees en hartproblemen, is al eerder statistisch vastgesteld. Alleen snapt tot nu toe niemand welk verband. Het moet wel indirect zijn, omdat het meeste vlees van zichzelf niet vet genoeg is om een direct probleem op te leveren.

L-carnitine zit er echter wel meer dan voldoende in. En de onderzoekers hebben nu zowel bij muizen als bij mensen vastgesteld dat sommige darmbacteriën hetzelfde doen met carnitine als met choline, dat er chemisch gezien nogal op lijkt. Ze knippen er trimethylamine (TMA) van af, dat vervolgens door flavine monooxygenase-enzymen wordt omgezet in trimethylamine-N-oxide (TMAO).

En van TMAO is eerder vastgesteld dat het atherosclerose bevordert. Hoe is niet duidelijk maar kennelijk gaat er iets mis bij het inwendige cholesteroltransport.

Opvallend is daarbij dat de darmbacteriën van vegetariërs minder TMAO produceren dan die van omnivoren. Er wordt al voorzichtig gesuggereerd dat je de risico’s van rood vlees dus zou moeten kunnen verminderen door probiotica te slikken die je darmflora bijstellen.

Blijft overigens de vraag hoe groot die risico’s nu precies zijn. De statistieken wijzen tevens uit dat ze verwaarloosbaar zijn als je je roodvleesconsumptie beperkt tot een paar keer per week. Het staat zelfs niet vast of het echt aan het vlees zelf ligt, of dat de schuld ligt bij de bereidingswijze, de bijgeleverde vette jus en/of de leefstijl van de gemiddelde gehaktliefhebber.

De Volkskrant citeert in dit verband de Wageningse voedingsepidemiologe Marianne Geleijnse, die er op wijst dat er studies bestaan die suggereren dat L-carnitine de hartfunctie juist verbetert. Het zou haar niets verbazen als het nu aangetoonde negatieve effect groter lijkt in het lab dan dat het in werkelijkheid is. Al vindt ze wel dat dit nader onderzoek verdient.

bron: Volkskrant, BBC News, Nature Medicine