Franse en Nederlandse onderzoekers hebben een nieuwe techniek ontwikkeld voor het bio-3D-printen van complexe living-tissue-constructies, wat slechts luttele seconden duurt, meldt Advanced Materials.
Het maken van biologische structuren brengt een hoop mogelijkheden voor de geneeskunde met zich mee, van regeneratieve medicijnen tot soft robotics. De huidige bio-3D-printtechniek maakt een structuur laag voor laag met bijvoorbeeld cellulaire aggregaten of hydrogelvezels die je met cellen laadt. Maar dit proces is traag en schaadt uiteindelijk ook de cellen zelf, zodat je ‘levende weefsels’ niet echt bruikbaar blijven; het is dus qua mogelijkheden enigszins begrensd.
Die grenzen kun je verleggen met volumetrisch bioprinten (VBP), zoals Christophe Moser, Riccardo Levato en collega’s van respectievelijk de technische universiteit van Lausanne (EPFL) en het Universitair Medisch Centrum Utrecht in hun publicatie laten zien. VBP is op een heel ander principe gebaseerd: in plaats van laag voor laag bouwstenen toe te voegen kun je volledige structuren in een keer maken, waarbij de met stamcellen geladen structuren een veel hogere levensvatbaarheid hebben (meer dan 85 %).
Het werkt als volgt (zie ook onderstaand filmpje): vul een cilindrische, doorzichtige container met fotopolymeergel, en laat die al draaiend met een reeks verschillende 2D-lichtpatronen. Daar waar meerdere projecties de gel raken, overschrijdt de straling op een gegeven moment de drempelwaarde voor polymerisatie en wordt de gel – die geabseerd is op gelatine methacryloyl – dus op die specifieke plaatsen hard. Na die eerste stap voegen ze nog endotheelcellen toe zodat er bloedvaatjes in kunnen groeien.
Het team maakte onder andere al een muizenlongslagader (foto), een meniscus en een ingewikkeld deel van het dijbeen (femur). De toekomst van VBP is rooskleurig, vinden de onderzoekers en ze wijzen op de vele mogelijkheden en variaties die je kunt vinden voor het biomateriaal waar je uiteindelijk je structuren mee maakt. Je zou er uiteindelijk zelfs de behoefte aan dierentests mee kunnen verminderen, besluit het artikel.
Nog geen opmerkingen