Dat het Zika-virus ineens een probleem is geworden, is te danken aan één mutatie in een manteleiwit. Die gaf het virus voldoende grip op neuronale voorlopercellen om ongeboren kinderen te doen overlijden of zichtbaar kleinere hersenen te bezorgen, schrijven Chinese onderzoekers in Science.
Ze schatten dat de mutatie er rond mei 2013 in is geslopen, vermoedelijk in Frans Polynesië waar kort daarop de eerste grote problemen ontstonden. Dat het causale verband tussen Zika en microcefalie als een totale verrassing kwam, is dus niet zo gek. Het virus was al tientallen jaren bekend en had vaker voor epidemieën gezorgd, maar gold nooit als serieus gevaar.
De Chinezen hebben het verschil ontdekt door drie recente Zika-stammen te vergelijken met eentje die in 2010 werd geïsoleerd in Cambodja. Bij labmuizen bleek de oude variant inderdaad veel mildere symptomen te veroorzaken.
Zo’n Zika-virus is een flavivirus waarbij de erfelijke data zitten opgeslagen in RNA. Als dat wordt afgelezen krijg je eerst één lange eiwitketen, die vervolgens wordt opgeknipt tot de losse viruseiwitten. Vergelijking van de oude en nieuwe ketens bracht een aantal verschillen in de aminozuurvolgorde aan het licht, waarvan er zeven belangrijker leken dan de rest.
De Chinezen monteerden die mutaties elk afzonderlijk in het virus van 2010, besmetten daar muizen mee en keken wat er gebeurde. En daarbij bleek slechts één van de zeven wijzigingen zichtbare microcefalie te veroorzaken: een serine op plaats 139 van de lange keten, dat wordt vervangen door arginine.
Na het opknippen vind je dat arginine terug op plaats 17 van de keten van een manteleiwit genaamd prM, dat een belangrijke rol speelt bij de interactie tussen virusdeeltjes en gastheercel. Dat deze mutatie iets uitmaakt is dus niet verbazend, al blijft onduidelijk waarom het effect zo spectaculair is.
Het is waarschijnlijk niet het hele verhaal. Vervang je in een recent virus het arginine weer door serine, dan verdwijnt de schade aan de muizenhersenen net niet helemaal. Ook maakt de publicatie niet duidelijk waarom het gemuteerde virus het origineel zo snel kon gaan overheersen. Maar er zijn al eerder berichten geweest dat verwisseling van aminozuren ook de overdracht van zo’n virus door muggen sterk kan vergemakkelijken.
bron: Science
Nog geen opmerkingen