De aandacht voor het milieu in de chemische industrie neemt af. Om de troepen weer in beweging te krijgen moet de overheid op een aantal urgente hoofdthema’s duidelijke nieuwe afspraken met de chemische bedrijven maken, vindt Jacqueline Cramer.

”We hebben als chemische sector voorlopig genoeg gedaan aan het milieu. We gaan in deze moeilijke economische tijden even op de winkel passen.” Zo redeneert momenteel een flink aantal chemische bedrijven, volgens prof.dr. Jacqueline Cramer, hoogleraar milieumanagement aan de Erasmus Universiteit. “Dit komt doordat bedrijven aanhikken tegen de grote investeringen die nodig zijn om nog meer milieuwinst te halen. Afgelopen tien jaar zijn de emissies immers al aanzienlijk gereduceerd.

De overheid kan deze groep alleen weer in beweging krijgen door een aantal urgente hoofdthema’s op het gebied van duurzaamheid te formuleren. De overheid moet duidelijk aangeven welke sprongen richting duurzaamheid de chemische industrie nog moet maken en vervolgens de industrie ondersteunen bij het wegnemen van hobbels”, vindt de Rotterdamse hoogleraar.

“Het zou een gemiste kans zijn als de chemische industrie qua duurzaamheid nu een pas op de plaats maakt”, meent Cramer. Duurzame innovaties zijn namelijk niet alleen nodig voor het milieu, maar ook om de goede Nederlandse concurrentiepositie van de chemie te behouden. “Op de lange termijn gaan economie en duurzaamheid hand in hand. Een economisch efficiëntere productie is vaak ook een milieuvriendelijkere productie. Daar moet Nederland in investeren.”

Op de korte termijn zijn er allerlei barrières te slechten, bijvoorbeeld als de grondstof- en energiebesparingen niet opwegen tegen de afschrijvingen van de oude fabriek. “Experts van alle partijen, inclusief de overheid, moeten dan met elkaar om tafel gaan zitten om te kijken hoe je dat probleem kunt oplossen. De overheid kan extra R&D financieren om het proces verder te verbeteren, zodat het wel rendabel wordt of een ander belastingklimaat creëren voor grote investeringen.”

Een panacee bestaat niet, volgens Cramer. Voor elk probleem moeten oplossingen op maat bedacht worden. “Daarvoor is een gezamenlijke inspanning nodig. Het meeste laaghangende fruit is nu geplukt oftewel praktisch alle op de korte termijn kosteneffectieve milieumaatregelen zijn al genomen. Er liggen nu grotere uitdagingen. Betrokkenen moeten een subtiel spel spelen.”

“Verder moet de Nederlandse overheid EU-doelstellingen en het Kyotoverdrag vertalen naar een aantal strakke afspraken met het bedrijfsleven”, meent Cramer. Dat betekent doelstellingen op het gebied van energiebesparing, het gebruik van hernieuwbare grondstoffen en het verminderen van de risico’s van het gebruik van allerlei chemicaliën. “De overheid moet met een nieuw elan de komende tien jaar aan die hoofdthema’s gaan werken en zo voor een gevoel van urgentie zorgen bij het bedrijfsleven. Ze moet ook weer een stok achter de deur houden. Slechts enkele chemische bedrijven of bedrijfsdivisies zijn proactief op het gebied van duurzaamheid en steken hun nek uit.”

***Kader***

Feit of fictie

Een bedrijf met een langetermijnperspectief dat investeert in milieuvriendelijke processen heeft een andere houding dan een analist of belegger die realtime 24 uur per dag naar de aandelenkoersen zit te kijken. Bedrijven die werken aan een duurzame toekomst hebben heel wat uit te leggen.

Onderwerpen