Samenwerking moet technische universiteiten sterker op Europese kaart zetten

De federatie van de technische universiteiten in Delft, Eindhoven en Twente bestaat nu officieel. De collegevoorzitters hebbben woensdagmiddag het oprichtingsdocument ondertekend.

Aan de drie TU’s zijn in totaal 5.300 wetenschappers en 30.000 studenten verbonden. Het is de bedoeling dat die meer gaan samenwerken op onderzoeksgebied. Dat moet met name gebeuren binnen vijf gezamenlijke ‘centres of competence’ die zich richten op hightech-werktuigbouw, nanotechnologie, ICT, duurzame energie en vloeistof- en vastestofmechanica. Binnen die CoC’s komen weer ‘centres of excellence’ die moeten uitblinken op deelgebieden.Er worden 27 nieuwe hoogleraren voor aangetrokken, die rechtstreeks in dienst van de federatie komen.

Van een volledige fusie is echter nadrukkelijk geen sprake, en het is ook niet de bedoeling dat de federatie de bestaande allianties van de TU’s in de weg zit.

Onduidelijk is wie de federatie precies heeft bedacht, maar vast staat dat onderwijsminister Van der Hoeven de drijvende kracht achter het proces is geweest. Zij heeft er in totaal 56 miljoen euro aan subsidies in gestoken, op voorwaarde dat de federatie dit jaar al een feit zou zijn.

“Laten we eerlijk zijn, u hebt wel van ver moeten komen”, aldus Van der Hoeven tijdens het oprichtingsfeestje. Van alle kanten werd daar bevestigd dat de drie TU’s een paar jaar geleden nog concurrenten van elkaar waren en dat de onderlinge contacten zeer beperkt waren.

“Zo’n federatie is nog nooit vertoond in 400 jaar Nederlandse universitaire traditie. U kunt er donder op zeggen dat het buitenland het met argusogen volgt”, zo voegde de minister er aan toe.

Van werkgeversvoorzitter Wientjes (VNO-NCW) mogen de overige universiteiten nu ook een federatie aangaan.

Onderwerpen