Voedingsmiddelen-R&D levert te weinig op, zegt Emmo Meijer

Unilever gaat de Europese voedingsmiddelen-R&D grondig reorganiseren. Tussen nu en eind 2008 kost dat 240 van de 1160 onderzoekers hun baan. Nog eens 260 mensen moeten naar een ander land verhuizen.

Volgens Vindi Banga, president van Unilever Foods, moet de reorganisatie helpen om kwaliteit en kwantiteit van de innovaties te vergroten. “Vernieuwing waarmee we ons onderscheiden is essentieel om de groei verder op te krikken.” Het levert tevens een besparing van tien procent op, maar volgens Banga is dat niet het hoofddoel.

In het Financieele Dagblad erkent Emmo Meijer, senior vice president Foods R&D, dat “we uit onderzoek en ontwikkeling niet krijgen wat we zouden mogen verwachten, gezien de bedragen die we erin stoppen.”

De Europese R&D is nu nog verspreid over 64 grote en kleine locaties. Dat worden er 29. De reorganisatie houdt in dat de ontwikkeling van nieuwe voedingsmiddelen wordt geconcentreerd in zes ‘global centres of excellence’ in Nederland, Frankrijk, Duitsland, Polen, Italië en Engeland. Ze moeten zich elk specialiseren in één productcategorie. Daarnaast mogen 23 kleinere locaties openblijven om de innovaties aan de lokale smaak aan te passen.

Daarmee is de historisch gegroeide versnippering nog niet helemaal van de baan. Maar volgens Meijer “kan Unilever het r&d-gebeuren niet nog verder stroomlijnen naar Amerikaans model en moet dat niet eens willen.”

Het onderzoekscentrum in Vlaardingen, waar nu 800 mensen werken, gaat zich specialiseren in nieuwe margarines. Er verdwijnen zestig banen. Tachtig andere banen worden verplaatst naar het buitenland en nog eens veertig banen gaan naar andere onderzoekscentra in Nederland. Unilever denkt dat het lukt zonder gedwongen ontslagen.

bronnen: FD, AD, Unilever

Onderwerpen