Labwerk heeft veel impact op het milieu. Groningse onderzoekers hebben hun pogingen om de universiteitslaboratoria te verduurzamen gedetailleerd in kaart gebracht en zetten nu hun tips op een rij.  

Wie als onderzoeker echt wil bijdragen aan een duurzamere wereld, moet eerst goed kijken naar de uitstoot en het afval dat laboratoria zelf produceren, schrijven Thomas Freese en collega’s van de Rijksuniversiteit Groningen in RSC Sustainability. Want terwijl onderzoekers met allerlei mooie ‘groene’ oplossingen komen, zijn ze ook onderdeel van het grotere probleem.  

Waar een gemiddelde Nederlander in 2020 voor de uitstoot van zo’n 13 ton CO2 zorgde, is alleen al het werk van een gemiddelde onderzoeker verantwoordelijk voor een uitstoot van 10 tot 37 ton CO2 per jaar. Dit is inclusief activiteiten zoals het reizen naar conferenties of vergaderingen in het buitenland en varieert wel per vakgebied. Zo is het voor astronomen 18 tot 37 ton CO2, voor chemici 5 tot 10 ton CO2 en voor onderzoekers in de life sciences 4 tot 15 ton CO2 per jaar.  

Meer dan een huishouden 

Uit de analyse van de Groningse onderzoekers blijkt dat lab-gerelateerde CO2 uitstoot grotendeels komt door het gebruik van veel elektriciteit en gas. Apparaten op het lab slurpen energie: zo gebruiken één zuurkast en één -80°C vriezer per dag respectievelijk 3,5 en 2,7 keer meer energie dan een gemiddeld huishouden. Maar ook water is een grote factor, want laboratoria gebruiken al snel 60% van al het water dat een universiteit verbruikt. En dan zijn er nog de grote hoeveelheden plastic materialen en chemicaliën die gemaakt, gebruikt en uiteindelijk weer verwerkt moeten worden.  

Al met al zijn er dus heel wat aanknopingspunten om de milieu-impact te verminderen, maar dit kan volgens de auteurs ook ontmoedigend werken. Met zoveel bronnen van uitstoot en vervuiling is het soms lastig om te bepalen waar je het beste kunt beginnen, of om te zien waar je wel of niet invloed op kunt uitoefenen. Daarbij komt dat mensen gewoontedieren zijn, en niet iedereen zit te wachten op iemand die hun manier van werken wil omgooien. 

‘Met simpele maatregelen zoals het sluiten van zuurkasten, wisten veel labs hun uitstoot al naar beneden te brengen’  

Toch bewijzen Freese en zijn collega’s dat het mogelijk is om met kleine stapjes een grote impact te bewerkstelligen. Met de zogenoemde Green Labs RUG organisatie hebben ze de afgelopen jaren veel informatie verzameld over het verbruik van de natte en droge laboratoria. Dit doen ze onder andere met LEAF, een softwaresysteem dat de uitstoot van een lab berekent en laat zien waar je kunt verbeteren. Maar de onderzoekers hebben ook zelf allerlei metingen uitgevoerd en afval verzameld om een goed beeld te krijgen van de uitstoot op de faculteit. Hieruit bleek dat een chemicus gemiddeld ongeveer 9 ton CO2 per jaar produceert, en 157 kilogram gevaarlijk afval.  

Simpele maatregelen 

Met simpele maatregelen zoals het sluiten van zuurkasten, het delen van de voorraad chemicaliën en opstellen van standard operating procedures wisten veel labs dit getal al naar beneden te brengen. Inmiddels werken de onderzoekers ook aan grotere projecten zoals handschoenen van gerecycled materiaal, het wassen van pipetpunten en hergebruik van oplosmiddelen. Daarnaast wordt er gekeken naar nieuwe manieren om onderzoeksprojecten op te zetten, waardoor verspilling meteen wordt voorkomen. Een ander punt betreft het opnieuw evalueren van reacties die twintig jaar geleden misschien nog acceptabel waren, maar die je wellicht ook op een andere – duurzamere – manier kunt doen. 

Sinds de start in 2020 hebben in Groningen alle initiatieven al geleid tot in totaal 477 ton minder uitgestoten CO2 en een jaarlijkse kostenbesparing van meer dan €400.000. En daar laten ze het niet bij. Hoewel niet alles wat ze voor ogen financieel haalbaar bleek, hopen de onderzoekers met hun overzicht andere labs te inspireren om ook stappen te zetten en vooral niet te bang te zijn. Ze erkennen dat brede ondersteuning van senior onderzoekers en het management dit soort initiatieven enorm kan helpen, maar benadrukken ook dat het goed is om eerst op kleine schaal te starten. Op deze manier kun je de eerste maatregelen makkelijk implementeren en verkennen wat de mogelijkheden zijn voor je het netwerk uitbreidt. 

En dit netwerk ligt eigenlijk al klaar, want de Green Labs hebben inmiddels ook al een Nederlandse en een wereldwijde organisatie die zich inzetten voor het vergroenen van labs en alle bijbehorende processen. En hoe meer labs zich hierbij aansluiten hoe beter, want zoals de onderzoekers zelf in het artikel zeggen: ‘We hopen dat we uiteindelijk systemische veranderingen kunnen initiëren, zodat wij als onderzoekers het goede voorbeeld kunnen geven voor de rest van de maatschappij.’ 

Thomas Freese, Nils Elzinga, Matthias Heinemann,Michael Lerch, Ben Feringa, The relevance of sustainable laboratory practices, RSC Sustainability (2024)