Met een nieuwe masteropleiding stomen Hogeschool Windesheim en NHL Stenden studenten klaar voor een carrière in de kunststoffenwereld.

Na tien jaar een deeltijdmaster Polymer Engineering te hebben aangeboden, komen Hogeschool Windesheim en NHL Stenden nu met een voltijdvariant. ‘Hiermee spreken we een heel andere doelgroep aan’, vertelt Albert ten Busschen, associate lector Kunststoftechnologie bij Windesheim. ‘De deeltijdmaster was voor mensen die al bij een bedrijf werken.’ De nieuwe, tweejarige voltijdmaster Polymer Engineering gaat in september van start. Vanwaar deze verandering? ‘We denken dat er een veel grotere groep is die hiervan gebruik wil maken’, zegt Ten Busschen. Wat zeker meespeelt is de vraag vanuit de industrie. ‘Bedrijven willen jonge, hoogopgeleide mensen met een goede basiskennis van polymeren, die ze niet zelf nog hoeven op te leiden.’

Albert Ten Busschen klein

Albert Ten Busschen 

‘Er is in Nederland geen andere opleiding op masterniveau die specifiek is gericht op kunststoftechniek’, vervolgt Ten Busschen. ‘Dat is apart, vooral omdat we hier best een grote kunststofindustrie kennen, met zowel producenten als verwerkers.’ Daarnaast zijn er natuurlijk ook nog de onderzoek- en testinstituten, dus er zijn in deze sector volgens hem veel mogelijkheden voor mensen die willen doorgroeien.

Breed

De opleiding is redelijk breed ingestoken. ‘We verwachten enerzijds hbo-bachelors uit de chemie en chemische technologie, maar anderzijds ook vanuit technische natuurkunde, werktuigbouwkunde en industrieel productontwerp. Daarbij zullen chemici het wat makkelijker hebben als het gaat om de scheikundige aspecten van polymeren, maar andersom zijn onderwerpen als mechanisch gedrag of stromingsleer weer eenvoudiger voor de ingenieurs.’

Bij de studie zijn twee lectoraten betrokken: Circular Plastics van NHL Stenden met lectoren Rudy Folkertsma en Vincent Voet en Kunststoftechnologie van Windesheim met lector Margie Topp, Ten Busschen zelf en andere docenten. ‘Daarnaast is er veel inbreng van bedrijven en is ook de Rijksuniversiteit Groningen ingehaakt voor een deel van het chemieprogramma’, legt Ten Busschen uit. ‘We willen studenten ook meenemen naar de industrie om te laten zien hoe het daar in zijn werk gaat en wat voor bedrijven er allemaal bestaan.’ Voorbeelden zijn kunststofleidingsysteem-producent Wavin in Dedemsvaart, Dyka in Steenwijk, en Philips in Drachten.

Belangstelling

Ten Busschen benadrukt de belangstelling van de industrie. ‘Onze industriële partners hebben dit sterk aangemoedigd en ons veel steun gegeven. We bieden daarom niet zomaar weer een opleiding, maar we willen studenten een bredere ontwikkeling meegeven, hen kennis laten maken met het bedrijfsleven en de kunststoffenmarkt. Door ze ook te trainen in het gebruik van Engels, in samenwerken, en ze op pad te laten gaan om opdrachten binnen te halen, willen we ze vaardig maken voor het bedrijfsleven.’