Terug de schoolbanken in. Wat is ook alweer het verschil tussen gentranscriptie- en translatie, recombinatie en regulatie? Siddharta Mukherjee legt het sprekend uit met veel voorbeelden.

De Indiaas-Amerikaanse oncoloog Siddharta Mukherjee is bekend van het boek De keizer aller ziektes, waarmee hij in 2011 de Pulitzerprijs won. Die uitgave was gericht op zijn specialisme, de diagnose en behandeling van kanker. Met zijn nieuwe boek Het Gen – Een intieme geschiedenis gaat hij in chronologische volgorde door de geschiedenis en toekomst van de genetica heen, met de nodige ontdekkingen, valkuilen, dilemma’s en gruwelijkheden. En zoals het een echte wetenschapper betaamt, doet hij dat heel nauwkeurig met een wetenschappelijke schrijfstijl.

Prikkels

Toch is het goed te volgen, want het voorstellingsvermogen krijgt genoeg prikkels door zijn beeldende manier van schrijven. Intiem in de titel verwijst naar zijn eigen familiegeschiedenis – waarop hij in de proloog uitgebreid ingaat. Hij neemt de lezer mee naar zijn familie in India en hun geestesziektes, zoals schizofrenie en bipolaire stoornissen.

De grondleggers van de genetica, zoals Mendel en Darwin, kan hij niet zomaar overslaan, waardoor het aan het begin van het boek wat langdradig is, zeker als de lezer al wat voorkennis heeft. Hier en daar geeft hij een creatieve, metaforische uitleg: ‘Eiwitten dirigeren het genoom, brengen zijn muziek ten gehore […] en geven opdracht tot een drumroffel in het crescendo.’

 

Die vooruitgang in de genetica verafschuwt Mukherjee

Gruwelijke details

Later legt hij de nadruk op technieken voor manipulatie, klonering en sequentiëring van de genen. Oorspronkelijk uitgevonden om genen heen en weer te laten reizen tussen bacteriën, virussen en cellen van zoogdieren, later leidde dit volgens Mukherjee tot een onomkeerbare verandering in de vele mogelijkheden voor de productie van genhybriden. Met helaas ook vreselijke gevolgen, zoals hij schetst met de gruwelen van de eugenetica vanaf begin 20de eeuw. Deze vooruitgang in de genetica verafschuwt hij. Mukherjee geeft gruwelijke details weer van experimenten met mensen, die je nog niet kende maar eigenlijk ook zo snel mogelijk weer wilt vergeten. Vooral tweelingen moesten het ontgelden. En dat gebeurde alleen maar om te begrijpen hoe genen tot expressie komen en hoe daar controle op uit te oefenen. Pas na de jaren 70 kwam er een positieve wending in de toepassingen van de genetica, met nieuwe gentechnieken. Mukherjee eindigt met de gevaren die nu op de loer liggen met revolutionaire gentechnieken als CRISPR-Cas, waarvan we pas aan het begin staan.