Een omega-3 vetzuurtekort verstoort de communicatie tussen zenuwcellen en leidt tot depressiviteit in muizen, aldus onderzoekers van Franse onderzoeksinstituten Inserm en INRA .

Het zou het eerste cellulaire bewijs zijn voor het verband tussen een omega-3-arm dieet en depressief gedrag in vivo.

Voor de studie, gepubliceerd in Nature Neuroscience, kregen muizen een levenslang omega-3-arm of –rijk dieet . Vervolgens vergeleken de onderzoekers de communicatie tussen zenuwcellen in het brein door naar het functioneren van synapsen, zenuwuiteinden, te kijken. Het resultaat: een tekort aan omega-3 ontregelt de zogenaamde cannabinoid-1 receptoren (CB1R), die op synapsen een belangrijke rol spelen bij emotie en gedrag. Dit ging gepaard met depressief gedrag in de vorm van angst en asociaal gedrag bij de knaagdieren.

Omega-3-vetzuren zijn meervoudig onverzadigde vetzuren met drie dubbele bindingen in de koolstofketen. Deze dubbele bindingen in vetzuren bepalen de vloeibaarheid van celmembranen en daarmee ook de communicatie tussen cellen, zoals zenuwcellen. Een voor mens en knaagdier essentieel omega-3-vetzuur is het alfa-linoleenzuur, afkomstig uit zaden. Dit vetzuur vormt de bouwsteen voor andere omega-3-vetzuurfamilies, zoals eicosapentaeenzuur (EPA) en docosahexaeenzuur (DHA), die onder ander een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling van het centraal zenuwstelsel.

Door het Westerse dieet hebben mensen tegenwoordig een tekort aan omega-3-vetzuren. Het vermoeden bestaat dat dit tekort een rol speelt bij het toenemende aantal depressieve mensen.

Klinisch en epidemiologisch onderzoek is nodig om te onderzoeken of het verband tussen een omega-3 tekort, verstoorde CB1R’s en psychische stoornissen ook bij mensen is aan te tonen, aldus hoofdonderzoekers Olivier Manzoni en Sophie Laye.

Bron: Nature Neuroscience

Onderwerpen