Iedereen gebruikt wel eens olijfolie, maar hoe het op tafel komt, is meestal onbekend. The chemical story of olive oil brengt daar verandering in.
De keuken en zijn ingrediënten zijn een dankbaar onderwerp voor schrijvers, ook voor chemici die de pen oppakken. Daarvan getuigt de nieuwe uitgave van de Royal Society of Chemistry over olijfolie van – en toegegeven: deze journalist zoekt ze er ook op uit. Voluit heet het boek The chemical story of olive oil - From grove to table. Het zijn de Amerikaanse chemici Richard Blatchly en Patricia O’Hara die daarin mét de Turkse cultureel antropoloog Zeynep Delen Nircan op pad gaan in Turkije om de productieketen van dit goddelijke goedje te doorgronden.
Boeiende chemie
Nircan kwam er tijdens een werkbezoek aan de VS – waar ze O’Hara ontmoette – achter dat het onderwijssysteem aldaar heel anders in elkaar steekt. Wat kun je met chemie voor de maatschappij betekenen?, is een vraag die in Turkije niet aan bod komt. De antropoloog maakte daarop de originele keuze om de olijf het centrum te maken van een liberal arts approach. Ze vroeg haar Amerikaanse vrienden om het chemische gedeelte ervan te helpen invullen. Blatchly en O’Hara dachten aanvankelijk dat de olijf weinig boeiende chemie zou opleveren, maar veranderden tijdens hun tocht – zo schrijven ze in het voorwoord – in ware discipelen van deze vrucht.
‘Het boek laat Nircans integrale aanpak van het onderwerp zien’
Het levert een verhaal op dat het volledige productieproces van olijfolie, letterlijk vanaf de wortels, beschrijft. In het lijvige boek van ruim 300 pagina’s gaan de auteurs in op de groei, de oogst en de verwerking van olijven, en tot slot op de kwaliteitseisen en de gezondheidsclaims rondom olijfolie. Biologen, life scientists, chemici en historici kunnen hun hart ophalen. Het laat naar mijn mening vooral zien waar Nircan op uit is: een integrale aanpak van een onderwerp.
Mocht je nou alleen geïnteresseerd zijn in de chemie, dan bieden de inhoud en de index een goede houvast. Vooral vanaf hoofdstuk 5 (van de 10), waar het gaat over de verwerking van olijven, vind je meer chemische details. Het taalgebruik is lekker toegankelijk – logisch met oog op het brede publiek – en dat doet niets af aan de wetenschappelijke aanpak van de drie auteurs, die tevens hoogleraar zijn. Met wat literaire vrijheid leiden ze ons zo langs karakteristieke moleculen – zoals triacylglycerolen, het hoofdbestanddeel én de caloriebom van olijfolie – als ze de chaos van de olijfolieproductie induiken.
En er zijn vooralsnog geen elektronische neuzen of tongen die tegen menselijke proevers op kunnen, aldus de auteurs. Dus vertrouw vooral op je eigen smaak als het om olijfolie én dit boek gaat.
The chemical story of olive oil,
Richard Blatchly, Zeynep Delen Nircan en Patricia O’Hara,
Royal Society of Chemistry, 2017,
Nog geen opmerkingen