Na gesprekken met mopperende biologen ziet columnist Enith Vlooswijk wel iets in een cursus ‘Omgaan met ziekte & dood’. 

De microbioloog moppert. We zitten aan een tafeltje in een kroeg en spreken off the record over de coronapandemie. ‘Door alleen te focussen op ziektes, missen we het grote plaatje en creëren we ook nog verkeerde verwachtingen bij het publiek’, zegt de microbioloog. ‘Dat we met ons werk de volgende pandemie kunnen voorkomen, bijvoorbeeld. Totaal onrealistisch!’ 

Antropocentrisch als wij mensen zijn, reduceren we het influenzavirus tot de griep die wij ervan krijgen, en het SARS-virus tot acute ademhalingsproblemen. Zouden we de mens uitsluitend bestuderen op basis van het onheil dat we andere soorten bezorgen, dan waren we als soort nooit homo sapiens genoemd. Amisit agrum in brevi (verloren territorium in korte tijd), of Saginati et comedi in captivitate (vetgemest en opgegeten worden in gevangenschap) zouden toepasselijker zijn geweest. Het overgrote deel van alle virussen veroorzaakt ondertussen helemaal geen ziektes, maar is een essentieel onderdeel van onze biosfeer.  

‘In werkelijkheid blijken de arme bewoners van Okinawa de vetste van Japan’ 

Een paar dagen later moppert een andere bioloog, Saul Justin Newman, tijdens een videogesprek om iets heel anders. Hij heeft net de Ig Nobelprijs gewonnen, een prijs voor grappig onderzoek dat ook nog nuttig is. Allerlei bestaande studies naar extreme ouderdom legde hij kritisch onder de loep. Zo ontdekte hij dat veelgehoorde tips om lang te leven (het mediterrane dieet!) veelal zijn gebaseerd op een grote leugen. Niet leefstijl, maar pensioenfraude en slechte registratiemethodes leiden op veel plaatsen tot uitzonderlijke ‘ouderdomspercentages’. Newman: ‘Er zijn duizenden artikelen over ouderdom en het lijkt in de basis allemaal troep te zijn.’ 

Japanners in Okinawa zouden bijvoorbeeld extreem bejaard worden door een gematigd, visrijk dieet. In werkelijkheid blijken de arme bewoners van Okinawa de vetste van Japan. ‘Het zelfde geldt voor rookpercentages’, zegt Newman. ‘Die worden hoger vanaf negentig jaar. Dus of er is een positieve correlatie tussen roken en pensioenfraude, of na je negentigste wordt roken op magische wijze gezond voor je.’  

De reden waarom het merendeel van het virusonderzoek zich richt op ziekten en soms onrealistische verwachtingen schept, is dat er zo meer subsidie valt los te peuteren dan met bredere kennisvergaring. Dat ouderdomonderzoekers hun conclusies al decennia lang baseren op data die overduidelijk niet deugen, heeft een vergelijkbare oorzaak. ‘Iedereen wil graag een magische pil om oud te worden’, verzucht Newman vanachter zijn webcam. ‘Er is een enorme markt voor, maar het heeft een corrumperende invloed op wetenschappelijk onderzoek.’  

Er wordt nogal makkelijk gepleit voor meer geld voor de wetenschap. Ik vind dat prima, maar een cursus ’Omgaan met ziekte & dood’ zou wellicht ook geen kwaad kunnen.