Mijn eerste neiging is om twijfelaars te overladen met informatie.

Jenny_breed

1. De Foie Gras

Mijn eerste neiging is om twijfelaars te overladen met informatie. Grafieken, interviews met wetenschappers, artikelen in Nature… Als ik mijn literatuurscriptie met dezelfde snelheid had kunnen schrijven als ik een samenhangend betoog uit de grond stamp wanneer ik een prikscepticus tegenkom op Facebook, dan had ik er nog vier studies naast kunnen doen. Ik vergelijk het een beetje met hoe ganzen worden vetgemest voor foie gras. Het probleem met het dwangvoederen van data is alleen dat het eigenlijk nooit werkt. Mensen schieten in de verdediging, ze voelen zich niet gehoord en drijven juist verder van je weg.

2 . De Kleuter / De Therapeut

De truc hier is om te blijven vragen waaróm iemand iets denkt, als een irritante kleuter. Extra voordeel: het geeft je informatie over de gedachtengang van je discussiepartner en daarmee een voorsprong in vergelijkbare gesprekken. Omdat je een kleuter imiteert, wordt de methode wel snel als irritant ervaren. Een variant is de Therapeut: deze werkt hetzelfde, maar richt zich meer op emotie. Waarom is dat belangrijk voor je? Wat kan er misgaan? En hoe voel je je daarbij? Effectiever, maar met het risico dat je in een echt therapeutisch gesprek belandt waar je niet meer uitkomt.

3. Het Stemmetje

Deze methode ontdekte ik afgelopen week. Een vriendin – met wie ik het nog nooit over vaccins heb gehad – werkt in een ziekenhuis en moest in één seconde beslissen of ze een overgebleven AstraZeneca-vaccin zou nemen. Achteraf zei ze tegen me dat ze twijfelde. De negatieve berichtgeving had meer effect op haar gehad dan ze verwacht had. Maar ze zei: ‘Ik dacht aan wat jij zou doen, als echte wetenschapper. En toen heb ik hem genomen.’ Na al die moeite die ik gedaan had om de beste methode te vinden, bleek deze het beste te werken: Zo lang met iemand omgaan dat je een stemmetje in hun hoofd bent geworden.