Wat toetsen we eigenlijk met het eindexamen scheikunde, vraagt hoofdredacteur Esther Thole zich af. Leesvaardigheid, rekenvaardigheid of chemisch inzicht en begrip?
Wat moeten scholieren eigenlijk weten, begrijpen en kunnen op chemisch gebied om met een voldoende voor scheikunde hun schoolperiode af te sluiten? Moeten ze klaargestoomd zijn voor een moleculair-gerichte vervolgstudie zodat ze naadloos en vlotjes in-, door- en uitstromen bij het beroeps- of universitair onderwijs? Of geven we ze een beetje een realistisch en hopelijk inspirerend beeld mee van (de relevantie) van het vakgebied, los van de vraag of ze ‘iets met scheikunde’ gaan doen?
Mijn voorkeur ligt bij de tweede optie, dat moge duidelijk zijn. Toch pretendeer ik absoluut niet dat ik weet hoe je zo’n meer leerling-gerichte benadering in de praktijk moet vormgeven en ik pleit al helemaal niet voor weer een nieuwe, radicale, experimentele onderwijsvorm. Alsjeblieft niet. Maar het zijn voor mij wel serieuze en belangrijke vragen die al veel langer in mijn hoofd rondspoken, maar die nu weer naar de voorgrond kwamen door de eindexamenperiode. Met de redactie besloten we om onszelf weer eens op het eindexamen scheikunde te storten en ook een paar professionele chemici te vragen om mee te doen. Dat was een ontzettend leuke en leerzame exercitie. Confronterend ook wel, want niet iedereen (inclusief ikzelf) zou weer met vlag en wimpel slagen, maar dat terzijde.
‘Ze combineren natuurkunde en geschiedenis en dat is geweldig om te zien’
Ik vond het vooral leerzaam, omdat de meeste ‘kandidaten’ vielen over al het leeswerk. Niet alleen vond men het nogal veel, het bleek ook lastig om te doorgronden wat er precies werd gevraagd. Ook vonden sommigen dat er veel en repetitief rekenwerk was. Dat leidde tot de vraag wat dit examen eigenlijk toetste: leesvaardigheid, rekenvaardigheid of chemisch inzicht en begrip? De eerste twee vaardigheden zijn natuurlijk essentieel voor heel veel vakken. Maar het laatste komt toch echt alleen bij scheikunde aan bod. Slaat de balans dan wel naar de goede kant uit?
En dat brengt me terug bij mijn vragen aan het begin. Want of we nou leerlingen willen voorbereiden op een carrière in de chemie of ze vooral chemische bagage willen meegeven die bijdraagt aan hun algehele ’Bildung’ - in beide gevallen lijkt dit examen niet de optimale voorbereiding. Het is ook moeilijk om vakkennis en vaardigheden in een enkel schoolvak en examen te stoppen. Daarom breek ik hier een lans voor de Amerikaanse documentaire Most likely to succeed over een middelbare school in San Diego die niet meer vanuit losse vakken werkt. Ook dat is niet het Walhalla hoor, maar ze combineren bijvoorbeeld natuurkunde en geschiedenis en dat is geweldig om te zien. Met het examen in het achterhoofd zat ik zelf te denken aan een combinatie van scheikunde, aardrijkskunde, economie en Nederlands. Taal, rekenen, moleculaire concepten en maatschappelijke context ineen. Dat examen zou ik graag willen afleggen.
Nog geen opmerkingen